■■m Sri n n r 1 T r-T z Patiënt: „Dokter, ik moet voor zaken een zeereis maken worden. Wat raadt u mij nu aan te eten?” Dokter: „Het allergoedkoopste!" Landlooper: „Hebt u misschien nog „Als je den trein van kwart over acht wilt halen, mag je wel hard loopen, Herman!" - 16 - DE NADEELEN DER STAAL- EN GLASMEUBELEN. Het meisje: „Vlug! Daar komt vader! Kruip onder de tafel!" hoor ik. Zoudt u s zwaar deze biefstuk is?” Oude juffrouw (tot kassier van de bank): „Bij u gaat alles altijd zoo secuur, hoor ik. Zoudt u zoo goed willen zijn eens precies te wegen, hoe en ik ben doodsbang om zeeziek te van de bank): „Bij Landlooper: „Hebt u misschien nog een paar oude schoenen, die u niet meer ge bruikt Heer des huizes: „Nee, ik gebruik mijn oude schoenen altijd om in den tuin te werken.” Landlooper: „Goed, mijnheer. Denkt u om mij, als u nog eens op een bovenhuis gaat wonen?" De caféhouder (tot fuifnummer, dat na sluitingsuur binnenkomt)„Spijt me, mijnheer, ik mag niks meer schenken na twaalf.” Fuifnummer: „Wie zegt je, dat ik er twaalf gehad heb?” Aviateur (met zijn parachute in een boom terecht gekomen)„Hei- daar! Haal eens een ladder! Ik zit te hoog om te vallen!” ij la

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeland. Geïllustreerd Weekblad | 1933 | | pagina 16