I I t i T K PO v W Jw - a rz De zwemkampioen: „Dat is ontzettend vervelend, ik zal wel paar jaar noodig hebben om die kast weer te vullen." speelden wie het „Eens zal ik toch wel beet krijgen." Natuurlijk ben je de eerste!' om - 16 - Commensaal'. „Ja, ik kom. Maar zie je, het is voor het eerst, dat ik het in dit bed eens lekker warm heb.” „Zeg, zijl „nog een" „Neen, mijn succes, jongeman, schuilt in het feit, dat ik olijken glimlach om mijn lippen door het leven ben Bobby. „Ja, mammie, we verst over de brugleuning kon hangen en ineens voelde ik, dat ik gewonnen had.” t Zoontje van den tambour-maltre: „Vader, moeder vraagt of u een stelletje varkenscote- letten mee naar huis neemt!" in ze vragen." ze zijn getrouwd. Hij vroeg om we een overtredingbegaan hebben,maar compensatie zou ik u voor willen stellen morgenmiddag bij mij thuis'te komen. Dan kunt u de heerlijke bramenjam proeven, die mijn „Lieveling, ben ik de eerste man, die je kust?" „Waarom doen jullie jongens toch allemaal dezelfde dwaze vraag. verloofd? Ik hoorde hem achter de palmen daarnet een gulden." „Het geheim van altijd met een vrc gegaan. „Het spijt mij verschrikkelijk, dat bij wijze van de heerlijke bramenjam proeven, die mijn een vrouw

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeland. Geïllustreerd Weekblad | 1933 | | pagina 18