Deedon, kan en EEN ROMANTISCH PLEKJE AAN DE NETHE (BELGIË). 7 - komen," zei een over het kunt nemen.” mr. Rus pond had hij verdiend in nog- geen half uur tijd „Salaris?" herhaalde hij verstrooid. „Ja, ziet u,” begon het kleine mannetje, „ik heb al mijn geld gegeven om in uw zaak te ste ken. Zeven en een half percent is te mooi om voorbij te laten gaan. Vijfhonderd pond is ech ter alles wat ik bezit. Ik heb wat geld noodig. Een voorschot op salaris is niet zoo ongewoon, is het wel? En u hebt mijn storting als zekerheid, nietwaar? Kan ik een half jaar salaris als voor schot krijgen, alstublieft?” Mr. Deedon wist een oogenblik niet, wat hij zeggen moest. Een half jaar salarisdat beteekende een heel bedrag, dat hij van die vijf honderd pond zou moeten teruggeven. Hij be greep echter, dat één verkeerde zet, één kleine storing in de atmosfeer van vertrouwen, die hij zoo behendig had geschapen, noodlottig kon zijn. De vogel mocht dan eens achterdocht krij gen en wegvliegen! „Zeer ongewoon," mompelde hij. „Maar... wel, wacht eens even!” Hij bekeek de cheque, die de ander hem ge geven had, en na even in den telefoongids ge zocht te hebben, nam hij den hoorn van het toe stel en vroeg het nummer aan van de bank, waar de cheque betaalbaar was gesteld. Na een paar seconden was hij met de afdeeling boek houding verbonden en vroeg of een cheque, uit geschreven door mr. J. H. Russell, ten bedrage van vijfhonderd pond, voldoende gedekt was. Het antwoord klonk bevestigend. „Eén oogenblikje," zei mr. Deedon, toen hij dit had vernomen, en den hoorn aan mr. Russell gevend, zei hij: „Zegt u nu even, dat ze de cheque direct kunnen uitbetalen als zij gepre senteerd wordt, dan is de zaak in orde en T ik u een voorschot op uw salaris geven." Mr. Russell deed wat hem verzocht werd legde den hoorn toen neer. vijftig pond deelneemt,” vervolgde mr. afwezig naar zijn nagels kijkend, en dan op ziend om vriendelijk tegen den ander te glim lachen, „zou ik u drie pond per week kunnen betalen. Het tantième zou dan vijf percent van de netto winst zijn. Indien u echter vijfhonderd pond stortte en dat zou vanzelfsprekend veel beter zijn, dan dat u uw geld op de bank liet staan zou uw salaris vijf pond bedragen.” „En het tantième?" vroeg mr. Russell gretig. „Dat zou dan zes percent worden," antwoord de mr. Deedon. „Ikik kan vijfhonderd pond storten,” zei de kleine man snel. „Meer niet. En mijn salaris zouhoeveel ook weer bedragen?" „Vijf pond per week," antwoordde mr. Dee don glimlachend om het verheugde gezicht van den sollicitant. „Ik zal direct een chèque schrijven,” zei mr. Russell, terwijl zijn oogen onnatuurlijk groot werden achter zijn brilleglazen. „Stel ze maar betaalbaar op mijn naam," zei mr. Russells nieuwe patroon nonchalant. Hij bekeek de chèque toen mr. Russell ze hem met bevende vingers overhandigde. „Is het zoo in orde?" vroeg de kleine man. „En ben ik nu boekhouder? Wanneer moet ik in dienst zijn? Moet ik hier komen? Ik...." Mr. Deedon klopte zijn nieuwen boekhouder vaderlijk op den schouder. „Maandag over een week kunt u hij. „En het kantoor is hier. Er zijn nog paar details te regelen, maar Maandag een week zal alles in orde zijn, zoodat u beheer over de administratie op u „Wat het salaris betreft....” begon sell zenuwachtig. Mr. Deedon schrok op uit een kleine bereke ning, die hij had zitten maken. Hij zou denzelf- den dag nog naar een andere stad kunnen gaan. De chèque was direct betaalbaar. Vijf honderd Mr. Deedon knikte tevreden. „Heel goed,” zei hij. „Eh in de gegeven omstandigheden heb ik geen bezwaar u honderd pond voorschot te geven." Hij sloeg Russell gade met een onverschillig heid, die uitstekend zijn angst maskeerde. Zijn buit zou honderd pond minder bedragen. Maar de overblijvende vierhonderd pond waren nóg gemakkelijk verdiend. Hij zuchtte verlicht, toen mr. Russell hem hartelijk bedankte. Opgewekt pratend begaf mr. Deedon zich naar een kleine safe en haalde er eenige biljetten uit. Heeren van het soort van mr. Deedon brengen hun geld niet graag naar een bank; zij houden het liever onder hun eigen berusting. Ze weten nooit, of ze nog tijd genoeg hebben om eerst naar een bank te gaan, wanneer ze onverwachts de vlucht moeten nemen! Mr. Russell borg de tien biljetten van tien pond in zijn portefeuille. Hij straalde van ver langen om zijn functie te kunnen aanvaarden. Hartelijk afscheid nemend en met een nieuwe sigaar van mr. Deedon tusschen zijn lippen, vertrok hijStralend van geluk liep hij zoo vlug zijn voeten hem dragen konden door de straten, op weg naar huis Op zijn kantoor straalde mr. Deedon. En nóg stralend presenteerde hij een half uur later de chèque van mr. Russell op de bank. Daar verdween zijn stralende glimlach als bij tooverslag. Zijn mond viel open. Men deelde hem aan de bank namelijk mede, dat er geen mr. Russell in hun boeken voorkwam. Ze kenden niet eens een mr. Russell, en ze vertelden mr. Deedon, dat de chèque afkomstigjnoest zijn uit een gestolen boekje. „Alle duivels!" vloekte mr. Deedon, terwijl hij met zijn dikke vingers tusschen zijn boord woel de, alsof ze hem opeens te nauw geworden was. „Ik belde u nog geen uur geleden op. U ver zekerde mij toen, dat alles in orde was. De chè que zou betaald worden, zei u. Dat De kassier schudde zijn hoofd. Hij belde ver schillende afdeelingen van de bank op, en het antwoord was, zooals hij had verwacht: er had niemand over een chèque van mr. Russell gete lefoneerd! Hij adviseerde mr. Deedon, de politie in de zaak te betrekken. Mr. Deedon onderdruk te een rilling van afschuw en vertrok als in een droom. Buiten gekomen, scheen hij opeens zijn tegen woordigheid van geest terug te krijgen. Hij riep een taxi aan en liet zich naar het adres van mr. Russell brengen. Daar gekomen ontdekte hij, dat het een klein boekwinkeltje was, waar men tegen een geringe vergoeding brieven kon laten ko men als men geen eigen adres had, of dit niet bekend wilde maken Mr. Deedon vloekte opnieuw Weer terug op zijn kantoor, belde hij het tele- foonbureau op. Hij sprak, snel, gehaast.Neen, ze hadden geen aanvraag van hem gehad om hem met het nummer van de bedoelde bank te verbinden. Mr. Deedon begreep er niets van, en smeet den hoorn op het toestel. In een klein huisje, ergens in een der buiten wijken, straalde de kleine mr. Russell nog steeds. Hij zette zijn bril af en knipoogde tegen zijn kameraden een man en een vrouw. „Honderd pond schoon!" lachte hij. „En ik heb nog drie afspraken voor morgen met der gelijke bedriegers als mr. Deedon. Je bent een geniale werkman, James! Jij en Mona zullen het morgen net zoo gemakkelijk vinden om je werk te doen, als het vandaag is geweest. Ik heb al een onderzoek ingesteld op de betrokken kanto ren.” James opende een city-bag, haalde er een stevige doos uit met opgerold telefoondraad, 'n batterij en een telefoontoestel. Hij lachte ook. „Het is het werk van een oogenblik om de telefoondraden door te snijden en ze aan dit toestel te verbinden,” zei hij bescheiden. „Wan neer je slachtoffer dan opbelt, geeft Mona zich voor de telefoonjuffrouw uit en.verbindt hem met den hoofdkassier van de bankdoor den hoorn aan mij te geven!" „Je ziet er heelemaal niet als een kassier uit,” merkte het meisje op. „Maar, James, je hebt er wèl een echte stem voor!’ En toen lachten zij alledrie! ir ir il e gr e e

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeland. Geïllustreerd Weekblad | 1933 | | pagina 9