f- zzzz HET MUSKIETENGAAS ffv---II. - (^zzzzzz !j z Laat ik nou es effe kijken, waar ik me verbist heb." „Ik waarsehuw je, dat je niet meer met Jan uitgaat, hoor! Het is mijn verloofde! „O, dat wist ik niet. Ik hield je voor zijn moeder!" Neemt u mij niet kwalijk dat ik zoo onbescheiden ben, maar is dat een badpak,' wat uw vrouw daar aan t breien is? Ik heb t mijne in 't water verloren, ziet u!” De marconist: „Ze vragen, of we een geel-en-zwarte kanarie hebben gezien!" „Ernst, vertel asjeblieft geen visch-verhalen tegen mijnheer De Graaf zoolang als je mijn wol ophoudt."

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeland. Geïllustreerd Weekblad | 1934 | | pagina 18