HETZELVE ANDERS'; KOUDEKERKE 119 H. Vogel-Wessels Boer laten, maar schreef in haar testament abusievelijk 'de gemeente'. Met de bouw van de uit nieuwe Zeeuwse moppen opgetrokken kerkhofmuur is een cul tuurhistorisch element terug gekeerd op het dorpsplein. Een kerkhofmuur diende vroeger al lereerst om de grens tussen gewijde en onge wijde grond te markeren. Daarnaast diende hij te voorkomen dat varkens, geiten en andere dieren op het kerkhof kwamen. Het gebeurde namelijk nog wel eens dat deze beesten graven omwoel den. Bij de toegangshekken in de kerkhofmuren werden daarom veelal roosters aangebracht. Reeds in de vijftiende eeuw stond er een muur rond het kerkhof. Dit valt af te leiden uit een in 1503 gevoerd proces tegen een inwoner van Koudekerke wiens varkens op het kerkhof had den rondgescharreld. Diens verweer luidde dat hij naast het kerkhof woonde en 't selve kerck- hoff onbeheymt was ende die muren omrne ge vallen waren'. Waarschijnlijk is de muur nadien hersteld. In ieder geval klaagden predikant en ouderlingen in 1615 over de slechte toestand van de kerkhofmuur en wilden hem graag hersteld hebben. Een jaar voordien hadden de Gecommit teerde Raden van Zeeland namelijk toestemming verleend om de kerk van Koudekerke te vervan gen door een nieuw gebouw. De oude parochie kerk, gebouwd in de veertiende en vijftiende De burgemeester van de gemeente Valkenisse, de heer drs. W.J. Plomp, legde op 23 december 1991 de laatste steen van de nieuwe kerkhofmuur rond de kerk te Koudekerke. Met de voltooiing van deze omheining was de eerste fase van een her inrichtingsplan van het dorpsplein, één van de grootste van Walcheren, afgerond. Directe aanlei ding tot dit plan was de voorgenomen sloop van twee beeldbepalende pandjes aan het plein in 1985. De gemeente liet de architect ir. D.W. van Duwerkerk uit Vlissingen een totaalplan voor het plein opstellen. Uitgangspunt was dat het plein zowel voor de eigen bevolking als voor de toeris ten weer aantrekkelijk moest worden. Verschei dene inwoners van Koudekerke hadden echter bezwaren tegen dit plan. Men vreesde onder meer dat door de afname van parkeergelegen heid de middenstand zou worden geconfronteerd met inkomstenderving en dat door de geplande lerkmuur en leibomen het zicht op de kerk zou verminderen. Na overleg kwam men tot een compromis. Er werd onder andere besloten de kerkhofmuur lager te maken dan in het plan stond aangegeven. De bouw van de kerkhofmuur kon betaald worden uit de erfenis die de weduwe Aarnoutse- Pouwer aan de burgerlijke gemeente had nage laten. Zij had de intentie gehad het geld (f 100.000,aan de kerkelijke gemeente na te Afb. 1: Gezicht op de Zerk met de stenen kerk hofmuur vanuit het noordoosten. Kopergra vure, z.n., z.j. (achttiende eeuw). Rijksarchief in Zeeland, Historisch-topo- grafische Atlas Zelandia Illustrata, II 147.

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeland | 1992 | | pagina 41