66
DE BOSWACHTERIJ WESTERSCHOUWE:
Afb. 4: Naaldbos met volop
loofbomen in de onder
groei. Het bos zorgt hier zei!
voor verjonging.
gingsvlakten uit de jaren zeventig, dragen op
korte termijn aan een grotere variatie van het
bosbeeld bij. Op langere termijn kunnen zij die
nen als zaadbronnen voor de vestiging van loof
hout elders in het bos. Halverwege de volgende
eeuw zal daardoor naar verwachting ongeveer
130 hectare bos zijn omgevormd. In het reste
rende naaldbos wordt een zodanig dunningsre-
gime toegepast, dat natuurlijke bosverjonging
wordt gestimuleerd. Een belangrijk probleem bij
de aanplant en spontane bosverjonging is cle
wildstand. Willen omvorming en verjonging sla
gen, dan is het noodzakelijk de konijnen kort te
houden. Jacht is dus essentieel om het gewenste
bosbeeld te verkrijgen.
Slotwoord
De oudste delen van de Boswachterij Wester-
schouwen zijn ongeveer 70 jaar oud. Sinds de
aanleg zijn de maatschappelijke verhoudingen
voortdurend gewijzigd en heeft het bos steeds
weer nieuwe functies gekregen. Economische
motieven waren de aanleiding voor de bosaanleg
in de jaren twintig. Cultuurgronden dreigden toen
te overstuiven met duinzand. Later werd de be
bossing van belang als werkgelegenheidsproject.
In de naoorlogse jaren gingen recreatie, natuur
behoud en houtteelt een rol spelen bij het bosbe
heer. De omstandigheden zijn inmiddels zodanig
gewijzigd dat anno 1993 waarschijnlijk niet meer
Afb. 5: Loofhoutaanplant uit
de jaren zeventig, waarin
zich spontaan naaldbomen
vestigen.
