44 PIETER LANKESTER maal duijs. Maar waarde houders ik heb in die tijd al aardige dingen gezien. Mons Pieter Lankester, Caporal du 21e Regi ment de Ligne, 5e Bataillon, 4e Compagnie en garnison a Juliers, departement de la Roër. Elf dagen later wordt in het garnizoen van Gulik zijn akte van inlijving5 bij het 21e Régiment d'In- fanterie de Ligne opgemaakt. In de akte wordt Pieters uiterlijk beschreven: hoog voorhoofd, lange neus, volle mond, ronde kin en een ovaal gezicht. Deze trekken zijn goed in zijn zelfportret te herkennen. De toevoeging 'Marchant pour son propre compte' betekent waarschijnlijk dat hij zijn eigen kleding heeft moeten bekostigen. Gullek den 4 Junie 1811 Waarde en veel geliefde Ouders. Den Uwen van den 24 Meij hebt ik in de grooste blijdscap ontfangen. Waarde Ouders ik kan zeggen dat duizend gulden mijn met zoo een groote blijd- schp niet kunnen te gemoet koomen als dien brief van UE and en daar in vernoomen als dat UE mijn lieve Vader en Moeder en mijn familje nog welvaarende zijt zoo als ik mijn ook door des Heeren goeheid tot eden toe mag bevinde. Ik was verblijd dat UE mijn waarde en geliefde ouders in deze wegt van mijn zoo gesterkt zijt zoo als ik mijn ook door des 's Heeren goeheid mag bevinden. In dien ik maar mag blijven denken dat het Gods weg is dan ben ik gerust. Niet tegenstaande dat ik UE mijn waarde ou ders en broeders en zuster moet missen. Maar het is te hoopen dat wij malkanderen nog eens zullen zien. Gulluk den 21 Juli 1811 Waarde ouders en familje Dezen is dienende om UE te melden als dat ik bij het 6 Battalion en 2 Compageni getrokken ben om te vertreken naar Amburg den 24 van deze maand. En UE zal nu niet eerder schrijven voor al heer dat ik UE mijn waarde ouders schrijven want het is hier nog ondert en vijftig uren vandaan. En weest zo goet en bedankt den Heer Walter voor mijn en doet de groetenis aan onze vrien den van mijn en ik geniete nog een voorregt boven anderen want daar zijn er niet veel of zij zijn in het ospetaal geweest van onze Ollan- ders. En UE schrijft mijn hoe het met de jonge ling van Gapinge is die is onder de grannediers en ik weet niet beter of hij is welvaarend. Afb. 3: Bron: John R. Elting, Swords around a throne; Na poleon's Grande Armee, New York, 1988. Copyright 1988 John R. Elting. Gereproduceerd met toestemming van The Free Press, a Division of Macmillan, Inc. Waarde Vader schrijf het eens aan Tooien en Bergen en ook voor al aan mijne goede vrin den op Meliskerke en op Soeburg en aan al mijn waarde broeders en zusters, en zegt eens aan Jan Elderman wanneer ik de gelegenheid hebben dat ik zijn brief zal bezorgen. Want wij moeten al die plaatssen paseren en Bronswijk ook daar onze Willem5 rust. En mogelijk van daar naar Spanje hoe wel ik het niet weet, dat moeten wij afwagten. Wij overal in Gods andt en die kan ons bescherme als het hem belieft en verder weet ik niets te schrijven als duizent ja duizendmaal van mijn gegroet en Vader kust mijn lieve Moeder duizendmaal voor mijn. Waarmede ik blijve UE's liefhebbende zoon, P. Lankester Rz. De tocht naar Rusland Met toenemende ongerustheid had tsaar Alexan der I moeten aanzien hoe de heerschappij van Napoleon over Europa was uitgebreid. Boven dien weigerde Napoleon tegemoet te komen aan de eis van de tsaar om zijn garnizoenen in Dan zig en Pommeren te verminderen. Het Continen tale Stelsel, de door Napoleon in 1806 tegen zijn aartsvijand Engeland ingestelde afsluiting van het djtyf'anTerie DccCgne, ZFüsió'er Id05~

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeland | 1993 | | pagina 6