100 JACOB STAMPERIUS Afb. 2: '...tegen de helling van den dijk zaten de twee vrienden'. In De sasmeester en zijn pleegzoon bepleitte Stamperius een vertrouwelijke omgang tussen ouders en kinderen. Stamperius verschillende boeken over 'helden' yan Nederland, zoals Frans Naerebout (1890), Het leven van Micbiel de Ruyter (1906), later nog eens op kinderlijker manier gebracht onder de naam Het leven van Micbiel Adriaansz. de Ruyter, ver der in 1914 De helden en in 1926 Helden van onze kusten. Frans Naerebout moet één van de beste en dapperste loodsen zijn geweest die Vlis- singen heeft gekend. Ruim honderd jaar na zijn dood werd in Vlissingen een standbeeld van hem onthuld. Degene die het initiatief tot het oprich ten van een uitvoerend comité nam, en daar te vens voorzitter van was, was Jacob Stamperius. In 1906 werd Het leven van Micbiel de Ruyter uitge geven, opnieuw verhaald door Stamperius. Dit boek was eerder geschreven door G. Engelberts Gerrits. Het voorwoord van Stamperius zegt veel over zijn opvattingen. Eerst legt hij uit dat het werk totaal herschreven moest worden om het voor deze tijd geschikt te maken: de uitweidin gen, de prekerige vermaningen en deftige toe spraken worden in 1906 niet meer gewaardeerd, en ook bepaalde uitingen op ethisch of theolo gisch gebied vindt hij bedenkelijk. Dan vervolgt hij: 'Hoe hoog wij ook schatten den moed en de geestkracht onzer vaderen uit den bloeitijd der Republiek, 't is toch niet juist dat het allen helden waren, die toen de zee bevoeren'. En wat verdec 'Ook is de voorstelling, alsof wij 't altijd op ze: gewonnen hebben en ieder Engelschman van schrik verbleekte als hij maar een Hollandsch m; troos zag, in strijd met de geschiedenis. Ik hei) een dergelijke voorstelling van feiten vermeden. Tenslotte stijgt de roem van een man als De Ruy ter te hooger, wanneer wij weten tegen welk een overmachtigen vijand hij te strijden had'. Aan het slot van zijn voorwoord merkt hij op: 'De Ruyte was een godsdienstig man Doch het stuit m tegen de borst, den naam van het Opperwezen in de onzalige menschelijke twisten gemengd t zien. De oorlogen waren - en zijn nog - monstei - achtig van wreedheid en menschenverlagingen; en 't moge in de gewoonte dier tijden gelegen hebben, in de kerken den zegen des Allerhoog- sten op onze wapenen af te smeeken en God de verdelging van den boozen vijand (iets wat deze van zijn kant ook deed) te verzoeken, ons gods dienstig gevoel komt nu tegen zoiets in verzet'. Hoewel Stamperius een godsdienstig man was hield hij zijn boeken strikt neutraal: volgens hen moesten jeugdboeken voor kinderen van alle ge zindten geschikt zijn. Ook van zijn eis tot objecti viteit neemt hij zelden afstand in zijn boeken, zo als we in het voorwoord van zijn boek ovei Michiel de Ruyter kunnen lezen. In De Helden uit 1914 beschrijft Stamperius ver schillende soorten helden. Hij wijdt hoofdstukken aan helden der kust, helden der wetenschap er helden der naastenliefde. Verder komen aan bod helden van de arbeid en helden van de vrede te midden van de oorlog. Oorlogshelden lijkt hij zeer bewust over te slaan. Helden van onze kus ten kwam in 1926 uit en was ontstaan na de grote storm van 1925. Stamperius verhaalt met ei gen woorden de kranteverslagen over verschil lende zeerampen, zoals die bij Texel, Vlieland en Hoek van Holland. Achterin het boek doet hij een dringend beroep op ieder om het Dorus Rij kersfonds te steunen, dat zoveel mogelijk bijstand aan behoeftige redders van schipbreukelingen verleende. Ook in Frans Naerebout had Stampe rius een dergelijke oproep gedaan. We kunnen de 'heldenboeken' rangschikken onder histori sche jeugdboeken, die als volgt kunnen worden gedefinieerd: fictieve ontspanningsboeken die het kind met enigerlei periode uit de geschiedenis of met een historisch proces of een historische per soonlijkheid confronteren5. Als we van deze de finitie van het historische kinderboek uitgaan, heeft Stamperius er behalve de reeds genoemde 'heldenboeken' een flink aantal op zijn naam staan. We zullen er slechts enkele noemen: Wils kracht en genie. Taferelen uit het leven van Edi son (1892), Abel Tasman (1893), De ondergang van Reimerswaal (1896), Het verhaal van de to ren van Zierikzee (1898), Toch Oranje boven

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeland | 1993 | | pagina 22