LEEN QUIST EN DE NOORDELIJKE TRADITIE
81
Job Meihuizen
Van 8 mei tot en met 8 augustus 1993 was in de Balanszalen van het Zeeuivs Museum de tentoonstel
ling Leen Quist en de Noordelijke traditie te zien. Deze expositie was in een iets uitgebreidere vorm on
der dezelfde naam van februari tot en met april 1993 in Museum Boymans-van Beuningen te Rotter
dam te zien. Leen Quist toonde een keuze uit de objecten die hij sinds 1977 heeft gemaakt. Bovendien
heeft hij een deel van zijn collectie, die hij samen met zijn partner Frans Koster beeft bijeengebracht,
aan het Rotterdamse museum in bruikleen gegeven. Zijn verzameling beperkt zich tot containervormen
uit Engeland, Duitsland. Denemarken en Nederland en is verrassend in haar veelzijdigheid. Quist, die
al jaren in Middelburg werkzaam en woonachtig is, wordt op deze wijze naast zijn 'Noordelijke' col
lega 's geëerd.
Leen Quist
Leen Quist, in 1942 geboren op St. Philipsland,
maakt functionele keramiek in porselein die van
een bijzondere noblesse is. Vaak zijn de objecten
van een lineaire blauwe decoratie voorzien. Quist
woont en werkt in Middelburg. Ofschoon opge
leid tot docent handvaardigheid, is hij als kera
mist autodidact. Zoals veel kunstenaars van zijn
generatie heeft hij geen specifieke keramische
scholing genoten op een academie, in een bedrijf
of op een atelier. Het is frappant te zien hoeveel
autodidacten de generatie kent die rond de jaren
zestig met keramiek is gaan werken. Mensen als
Jan van der Vaart, Johan van Loon, Jan de
Afb. 1: Trechtervormige
schaal 'Hommage au Da-
nemark', met blauw inge
legd boomdecor, transpa
rant glazuur, 1984. Hoog
13 cm, diameter 32 cm.
Collectie Koster en Quist.
Foto: Wim Riemens.
Rooden en Johny Rolf, om enkele bekende na
men te noemen, zijn allen autodidact.
De belangstelling van Leen Quist om met kera
miek te werken ontstond door het verzamelen er
van. Tijdens vakantiereizen door Denemarken
kochten Leen Quist en Frans Koster werk aan
van onder anderen Clara Andersen, Gutte Eriksen
en Gertrud Vasegaard. In de hoek van het han-
denarbeidlokaal van de Stedelijke Scholenge
meenschap in Middelburg, waar Quist les gaf,
stond een verlaten draaischijf, en daarop begon
hij in het midden van cle jaren zeventig met het
vervaardigen van keramiek.
Gefascineerd door de simpele perfectie van het
werk van Gertrud Vasegaard, een toonaange-
