ZEEUWEN NAAR DE ZUIDPOOL 131 komt toch voornamelijk dichtbij zee voor. Uit na dere experimenten bleek dat de verklaring voor deze schijnbare tegenstrijdigheid eenvoudig te geven was. Korstmossen kunnen alleen in voch tige toestand koolzuur assimileren. In het droge klimaat van Antarctica - de luchtvochtigheid is er erg laag, te vergelijken met die in een woestijn - kunnen de kortsmossen slechts enkele uren aan het begin van de dag koolzuur assimileren. Zout blijkt deze periode te kunnen verlengen, omdat het vochtverlies van het korstmos remt (Huiskes, Gremmen en Francke, 1993). Populair gezegd kiest het korstmos dus voor een compromis: een lagere snelheid van het koolzuurassimilatiepro- ces, maar een verlenging van de periode waarin dit proces kan plaatsvinden. Op grond van onze experimenten concludeerden wij dat niet alleen voedingsmineralen, maar ook zout het groeipro ces van Mastodia konden bevorderen. Om dit te verifiëren hebben we op een groot aantal plaat sen de biomassa van Mastodia per vierkante me ter bepaald, en de grootste hoeveelheden bio massa werden gevonden op die plaatsen waar de concentratie van stikstof (met name ammonium), fosfaat èn zout het hoogst waren. Niet alle plantesoorten reageren echter op de zelfde wijze als Mastodia op zout. Geheel anders reageert bij voorbeeld het terrestrische wier Pra- siola crispa. Bij deze soort remt zout het kool- zuurassimilatieproces, maar vertraagt het het vochtverlies niet. Deze soort komt in het alge meen dan ook verder van zee verwijderd voor. Het Yersekse onderzoek heeft niet alleen bijge dragen tot een beter begrip van enkele van de vele ecologische processen die zich in het kust gebied afspelen, maar het heeft ook de nauwe relatie tussen zee en land in Antarctica aange toond. Dientengevolge is thans in enkele interna tionale, het Antarctisch kustgebied betreffende onderzoekprogramma's nadrukkelijk plaats inge ruimd voor onderzoek in die zone van de kust die net boven de waterspiegel ligt. Literatuur Bruijn, J.R., F.S. Gaastra en I. Schoffel' (eds.). Dutch-Asiatic shipping in the 17th and 18th centuries. Vol. II: Outward- bound voyages from the Netherlands to Asia and the Cape. 's-Gravenhage 1979. Gremmen, N.J.M., A.H.L. Huiskes en J.W. Francke. 'Eco logy of lichens in the coastal regions of the Argentine Is lands, Antarctic Peninsula - a preliminary report'. Circum- polarJournal 6 (1991) 3 - 10. Headland, R.K. Chronological List of Antarctic Expeditions and Related Historical Events. Cambridge 1989. Huiskes, A.H.L., N.J.M. Gremmen en J.W. Francke. 'Leven in de marge. Kustvegetatie van Antarctica'. Natuur en Techniek 61 (1993) 468-479. Stichting Onderzoek der Zee. The Netherlands Antarctic Research. Ministerie van Buitenlandse Zaken/Stichting On derzoek der Zee, Den Haag 1989- Wieder, F.C. (1923 - 1925). De reis van Mahu en De Cordes door de Straat van Magalhaes naar Zuid-Amerika en Japan. Werken uitgegeven door de Linschoten-Vereniging. 's - Gravenhage 1923-1925. 3 dln. Afb. 9: Usnea antarcticaeen struikvormig korstmos van enkele centimeters hoog. Foto: Niek Gremmen, NIOO- CEMO, Yerseke. Afb. 10: Mastodia tesselata op de kust van Petermann Is land. Foto: Niek Gremmen, NIOO-CEMO, Yerseke. Afb. 11: Detailopname van Mastodia tesselata, een olijf groen tot zwart gekleurd bladvormig korstmos van onge veer 0,5 cm hoog. Foto: Niek Gremmen, NIOO-CEMO, Yerseke.

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeland | 1993 | | pagina 9