84
MISDAAD EN STRAF
aan de bestraffing lichamelijk letsel overhouden.
Uiteraard verminderde het effect van dit nood-
middel wanneer het te vaak werd toegepast.
In diverse wetenschappelijke genootschappen
die in de achttiende eeuw vanuit het Verlichtings
ideaal werden opgericht besteedde men aandacht
aan het opvoedingsprobleem. In 1761 schreef de
Hollandsche Maatschappij der Wetenschappen te
Haarlem een prijsvraag uit over lichamelijke op
voeding, die twee jaar later werd gevolgd door
een prijsvraag over zedelijke opvoeding, met als
vraagstelling: 'Hoe moet men het verstand en het
hart van een kind bestieren om het te eeniger tijd
een nuttig en gelukkig mensch te doen worden?'.
Niet alleen over opvoeding van kinderen brak
men zich het hoofd, maar ook over opvoeding
van geringe lieden. Het Zeeuwsch Genootschap
der Wetenschappen schreef in 1778 een prijs
vraag uit over de verbeteringen die in scholen
Hardleerse kinderen
De regenten van het burgerweeshuis, en later
ook die van het armweeshuis, hebben werkelijk
gepoogd vanuit dit ideaal kinderen op te voeden.
Nathan Bollaert, bode en zoon van de binnenva
der, die enkele feiten over het tehuis op papier
heeft gesteld, verbaasde zich over de omslag van
de regenten. Zij voerden de schoolboeken van de
Maatschappij tot Nut van 't Algemeen in en deel
den ter beloning en aanmoediging prijsboekjes
uit die van dezelfde opvoedingsbeginselen uitgin
gen, zoals de Kleine Catechismus der natuur:
voor kinderen van de in het artikel van J.W. Buis
man in dit tijdschrift al genoemde predikant J.F.
Martinet, lid van het Zeeuwsch Genootschap.
gewenst waren ter meerdere beschaving van de
natie.
Kenmerkend voor de inzenders was, dat zij het
ideaal van morele vooruitgang nastreefden door
kinderen via een vrije opvoeding in staat te stel
len vanuit hun persoonlijke inzicht het goede te
kiezen. Lichamelijke bestraffing vernederde kin
deren en bewerkstelligde geen wezenlijke morele
verbetering. Wanneer kinderen na een week een
zame opsluiting in de donkere put en een afran
seling met de bullepees om genade smeekten,
was dat hetzelfde als wanneer een hond, bang
voor slaag, aan de voeten van zijn baas zou krui
pen en janken. Het bijbrengen van slaafse ge
hoorzaamheid door angst was volgens deze pe
dagogen geen zedelijke opvoeding. Morele
inwerking op het gemoed en het onderwijzen
van de kennis van goed en kwaad zouden wel
tot zedelijk inzicht en daarmee tot een perma
nente verbetering van gedrag kunnen leiden.
Afb. 3: Blokken met ketting
en ijzeren beugel om de
voeten van de kinderen te
ketenen. Zeeuws Museum,
Middelburg, G2291 a,b.
Ook de Zinspelende gedigtjes van K. Ie Francq-
van Berkhey en de Leerzame gesprekjes van J.
Hazeu werden uitgereikt. Principieel maanden cle
regenten kinderen eerst tot hun plicht en troffen
sociale strafmaatregelen.
Echter, al na ongeveer een jaar slopen de oude
strafmiddelen toch weer binnen: cle bullepees
werd opnieuw gehanteerd, en de blokken kwa
men weliswaar niet terug maar werden wel ver
vangen door ijzeren beugels waarmee de voeten
aaneen werden geschoeid. Zelfs de donkere put
werd in een enkel geval weer gebruikt. Desal
niettemin prefereerden de regenten straffen als
huisarrest en inhouding van het stuivergeld, al er
kenden zij dat deze onvoldoende hielpen. De
kinderen begrepen de nieuwe straffen niet, zagen