IMI 88 EGBERT PHILIP VAN VISVLIET toegevoegd, is wel duidelijk dat hij zijn album la ter nog regelmatig heeft ingekeken. Hij noteert althans trouw wanneer er iemand is overleden. Na zijn afstuderen in 1760 vestigt Egbert zich in zijn geboortestad Middelburg. Op 24 april van dat jaar koopt hij een huis aan de oostzijde van de Brakstraat. Het staat niet geheel vast, welk huis dit is geweest, maar het heeft er alle schijn van dat het om het huis De Schulpe gaat (nu nr. 30; vroeger nr. O 259). Uit de stijl waarin dit voor name woonhuis is opgetrokken valt af te leiden dat het rond het midden van de achttiende eeuw is gerenoveerd. Voorts is aantoonbaar dat De Schulpe tot ver in de negentiende eeuw eigen dom van Egberts direkte nazaten is geweest". Als deze identificatie correct is, zou de naam De Schulpe best eens een verwijzing kunnen zijn naar de grote schelpencollectie die Van Visvliet er tijdens zijn leven bijeenbracht12. Voor zijn koets en paarden kocht hij later in de nabijgelegen Ver- werijstraat een pakhuis en een stal. Inmiddels was hij in 1763 in het huwelijk getreden met de patriciërsdochter Maria Catherina Wybo (1745- 1775), uit welke verbintenis drie zonen en drie dochters werden geboren. Vrij spoedig na de vestiging van zijn praktijk volgde Egbert in 1762 zijn vader op in de functie van stadsdokter, een post die hij tot 1770 be kleedde, waarna hij zijn praktijk aan huis voort zette. Inmiddels waren hem als telg van een oud Zeeuws regentengeslacht13 ook een aantal poli tieke functies toebedeeld. Zo werd hij in 1763 in het kiescollege van de stad Middelburg gekozen. In hetzelfde jaar werd hij ook commissaris van de 'desolate boedelkamer'. Later vervulde hij nog het ambt van Weesmeester (1773). Naarmate de tijd vorderde, lijkt Egberts weten schappelijke belangstelling te groeien. Er wordt daarvan ten minste meer merkbaar. Mogelijk is hij daarin gestimuleerd door zijn tweede vrouw Pe- tronella Elisabeth van Goens (1754-1807), met wie hij in 1777 in het huwelijk was getreden. Strikt genomen huwde hij toen zijn stiefzusje, want zij was de dochter van de inmiddels overle den Rijklof Gerbrand van Goens (1713-1763) en Dana Barbara Pottey (1723-1776). Laatstge noemde" was in 1766 met Egberts vader, Meyn- dert van Visvliet, gehuwd; voor beiden was het toen de derde echt, hetgeen de familierelaties in de Van Visvliet-familie bepaald niet overzichtelijk maakt. In één gezin kwamen kinderen met vier verschillende namen voor: Van Visvliet, Macaré, Vos en Van Goens. Hoe dan ook, het intellectuele gehalte van de familie werd er niet minder door. Petronella Visvliet-Van Goens was een volle nicht van de literator Rijklof Michael van Goens (1748- 1810)13 en een aangetrouwde nicht van de be kende schrijver Hieronymus van Alphen (1746- 1803). Volgens Van Alphens' biograaf Buijnsters •was het echtpaar Van Alphen-Van Goens regel matig bij 'neef en nicht' Van Visvliet-Van Goens te gast op hun buiten Noordhout bij Serooskerke. Buijnsters schrijft hierover: 'Een hartelijke brief wisseling overbrugde de afstand tussen Middel burg en Utrecht. Geregelde zendingen van vis of andere delicatessen onderhielden deze vriend schap, die volstrekt niet verslapte na de dood van Jansje [Van Alphens vrouw; HJZ]'"'. De Van Vis- vliets en de Van Alphens waren kennelijk gelijk gestemden. Afb. 1: Omslag van het Liber amicorum. Koninklijke Bibliotheek, 's-Gravenhage.

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeland | 1994 | | pagina 50