KG BERT PHILIP VAN VISVLIET
93
I xZfz //Yi op Ji 'ikoivattféZyil AaJfa/ Cl'nicf,
uaJcLtipe hccct »ii± »era- veruf 'AuC.
'"ACjue r-cur
a' jó
'2fZ-
Afb. 5: Inscriptie van Johannes le Francq van Berkhey in Van Visvliets Album amicorum. Koninklijke Bibliotheek, 's-Gra
venhage.
Molen
1. Zie over hem: F. Nagtglas, Levensberichten van Zeeu
wen, dl. 2 (1891), 868: A.A. Fokker J.C. de Man, Levens
berichten van Zeeuwsche Medici, Middelburg, 1901, 174-
175; Pieter Smit, e.a., Hendrik Engels Alphabetical List of
Dutch Zoological Cabinets and Menageries, Amsterdam.
19862, nr. 1609; Fokker en De Man noemen een bundel
met lijkdichten die bij E.Ph. van Visvliets overlijden in 1799
zou zijn uitgegeven. Deze bundel heeft echter nooit be
staan. Het betreft hier een dichtbundel uitgegeven bij het
overlijden van Egberts vader in 1769 (vgl. A.C. Meijer M.
Daamen, Catalogus van gedrukte Nederlandse gelegen
heidsgedichten uit cle zeventiende en achttiende eeuw in de
Zeeuwse Bibliotheek in Middelburg, Middelburg 1990, nr.
397.)
2. Zie voor Van Visvliets contact met Boerhaave: G.A.
Lindeboom, Boerhaave 's correspondence, part three, Lei
den 1979, 28-34, en J.C. de Man, 'Leonardus Stocke' in:
Tijdschrift der Nederlandsche Maatschappij tot bevordering
der Geneeskunde. 7 (1856), 1-30. Het belang van Boerha
ave als inspirator en leermeester voor de Van Visvliets
wordt onderstreept door het feit dat op de veiling van
1800 te koop werd aangeboden 'Het welgelijkend pourtrait
van professor Boerhaave, door Palthe, naar het origineel
van C.Troost'.
3. In zijn latere leven blijkt Egbert van Visvliet nog zake
lijke belangen in Suriname te bezitten. Zo is hij met zijn
broer Meinert eigenaar van de plantage Houttuin, gelegen
aan de rivier Suriname. Mogelijk betreft het hier voormalig
bezit van hun moeder (vgl. Rijksarchief in Zeeland, Fami
liearchief Schorer, 936).
4. Op 13 december 1974 als nr. 144 geveild bij Christies
Londen.
5. Vgl. Nagtglas, Levensberichten, dl. 2, 456, en de bundel
Lykdichten op het afsterven van Johanna Margarita Ra-
deus. I...I. echtgenoote van I...I Mr. Meinard van Visvliet,
Middelburg 1763 (zie Meijer en Daamen, Catalogus I..Jge
legenheidsgedichten 1990). nr. 3913).
6. Meinard van Visvliet (1735-1799) huwde in 1762 met
Suzanna Catharina Rijksgravin van Heemskerck (1741-
1785), dochter van Graaf Coenraad van Heemskerck (1714-
1787) en Agnes Margaretha Albinus Berhardsdochter
(1713-1773). Meinard was onder andere pensionaris van
Tholen en opperboekhouder bij de Verenigde Oostindische
Compagnie. In 1792 werd hij door aankoop ambachtsheer
van Buttinge en Santvoort. Hij overleed in juli 1799, kort
na zijn jongere broer. Twee ooms van zijn vrouw, de
Leidse hoogleraren Bernard Siegfried Albinus (1697-1770)
en Frederik Bernard Albinus (1715-1778), bezaten destijds
één van de belangrijkste kabinetten van anatomische pre
paraten in de Republiek (vgl. RAZ, FA Schorer, 386; 613-
617).
7. E.Ph. van Visvliet, Specimen practico medicum inau
gurale de frigore febrili. Lugd. Bat. (Georg Wishoft), 1760
(62 blz., 4to). Een exemplaar met eigenhandige opdracht
van de auteur wordt bewaard in de Zeeuwse Bibliotheek
[sign. 1 A 1551- De enige medestudent die Egbert in zijn
proefschrift aanhaalt (blz. 21), is de uit Tholen afkomstige
en dan reeds gepromoveerde Iman Jacob van den Bosch
(1731-1788), die hij als 'mihi amicissimus' aanduidt. Van
den Bosch citeert op zijn beurt Egberts proefschrift in het
invloedrijke boek Natuur- en Geneeskundige Verhandeling
van de Oorzaken. Voorbehoeding, en Geneezing der Ziek
ten, uit de Natuurlyke Gesteldheid van het Vaderland voort
vloeiende (Haarlem 1778). Laatstgenoemde verhandeling
gaf in 1779 aanleiding tot de oprichting van de Natuur- en
Geneeskundige Correspondentie Sociëteit, waarvan Egbert