118 PRAKTIJKBOEK moederdier op de staart getrapt, waarbij deze brak - of iets dergelijks; medisch ingrijpen is in zo'n geval onvermijdelijk. Ook stierkalveren kwamen in aanmerking om gecastreerd te worden. Merkwaardig genoeg vin den we daarvan heel weinig posten. De boeren in het Land van Hulst hielden destijds geen os sen, een enkele uitzondering daargelaten, ook al lieten die dieren zich goed mesten. Bij Vaal op 't Hooghuis lezen we erover en ook bij J. de Wit Cambron: December 15, Twee stieren gesneden - 2 paarden geblokt: 1.54. Rekeningen In de zestiger jaren en later werden in de vetwei- derij wel ossen gehouden. Meestal werden die dieren niet gesneden (d.w.z. hun testikels werden niet verwijderd), maar ze werden 'genepen': de zaadleiders werden afgekneld, waardoor ook zij het vermogen misten om zich voort te planten. Inmiddels is ook dat achterhaald: er wordt niet meer ingegrepen en de runderen worden als stier gemest, maar dan in de stal. 'Een stier een rink gestoken' noemt Colsen ook verschillende keren. Zo'n dier kreeg een stevige ijzeren ring door de neus om er in voorkomende gevallen letterlijk greep op te kunnen hebben; omgaan met stieren is een zeer gevaarlijke bezig heid. Dat steken van een ring gebeurt nog altijd, maar slechts sporadisch, want er zijn weinig stie- renmesters onder de Zeeuws-Vlaamse boeren. Terug naar het Praktijkboek. We geven nog een kleine bloemlezing die paarden en veulens betreft: - Een wonde van een paard digtgenaait zalf en fles 2.25 Visite en een plijster 1.75 - Een operatie aan het paard gedaan overgeworpen in de boeijen 2.00 Een fles-een ligger, goed of geen geld (dit was bij Dieleman op de Paal in 1897; of het goed was, weet ik niet, maar een bedrag is niet ingevuld - het zal wel niet geholpen hebben, W.C.) - Een rugsche ligging verlossing van een merrie 7.50 Een grooten hengst gesneden 7.50 - Vier hengsten gesneden 7 geblokt (dat betekende dus zeven veulentjes op één bedrijf!, W.C.) 13.30 - Naar de paarden met spat en kakhiel gezien beter 75 cent - Een paard in de bek gelaten-pad vlees 1.00 (Wanneer een paard zijn tanden wisselt, zwelt het mondslijmvlies op, de kiezen doen pijn en het paard eet dan minder goed; tussen de snijtanden en de kiezen in de bovenkaak brandde men dan het slijmvlies weg of men sneed erin tot het bloedde; het bloeden wordt 'laten' ge noemd; dit was natuurlijk je reinste on zin en pure dierenmishandeling en ge lukkig gebeuren zulke dingen nu niet meer, W.C.) - Een operatie aan een veulen gedaan de koker lag vast 1.25 (De koker is de penis, die vast kon zit ten in de voorhuid, waardoor het veulen bij het urineren niet uitschachtte; in mijn tijd noemden de boeren dat: 'Hij pist in zijn broek'; het was een heel veel voor komende kwaal en het lospellen vereiste een grote handigheid, W.C.) Onder de levende have op een boerderij waren paarden het kostbaarste bezit. De veearts, vaak pjèrdemêêster genoemd, werd voor cle paarden clan ook al snel geraadpleegd. Op de tweede plaats kwam het rundvee. Dat daar ook pro blemen mee konden zijn, leren we uit het relaas opgetekend vanaf 3 mei 1902 bij J. de Smet, Cambron: - Een pak poejers v het (waarschijnlijk G.Sp.) kerrenen 1.50 Juli Naar een rend komen zien een pak poejers voor 2.50 Nu volgt er een toevoeging in een ander hand schrift: Aug. 5. Het Succes door melkpoeder ab soluut nul. Als tweede therapie Sulfas Calcis waarvan 6 maal 5 gram in poeder- vorm verstrekt werd, die telkens een poeder voor het karnen door de melk moest geroerd worden, van de veron derstelling uitgaande dat de melk te zuur was 0.75 Aug. 12. Het onzekere moede. Een mon ster melk naar Goes, ten einde eene scheikundige analyze te verkrijgen. Den lóden nogmaals een monster melk. Koeien in de wei onderzocht normaal bevonden 0.75 Deze toevoeging is van de hand van Petrus' zoon Louis, die toen in Utrecht veeartsenijkunde stu deerde en van tijd tot tijd met zijn vader de prak tijk mee in ging. Wim, de zoon van Louis, merkt omtrent de aantekening van zijn vader op: 'Een veel voorkomend verschijnsel: bij het karnen komt de boter niet vrij. 'De kjèrn gao' nie' af' zei den de boerenvrouwen. Nog niet zo heel lang

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeland | 1994 | | pagina 28