GEMEENTEXX \PENS
163
Afb. 8: Reimerswaal: in rood een zwaard van zilver met gevest van goud; een verbreed ge
vierendeeld schildhoofd: I en IV schuinrechts spitsgeruit van zilver en blauw, II en II gevie
rendeeld: 1 en 4 in goud een gaande leeuw van zwart, getongd en genageld van rood; 2 en
3 in goud een gaande leeuw van rood, getongd en genageld van blauw,
Krabbendijke: in zwart twee golvende dwarsbalken van zilver vergezeld van drie schelpen
van goud. Kruiningen: in goud drie palen van zwart. Rilland-Bath: doorsneden; I in zwart
een linkerschuinbalk van zilver, II gedeeld: 1 in goud een verhoogde dwarsbalk van zwart
waarop een kuip van hetzelfde, onder de balk een boom met aan weerszijden van de stam
een duifje, alles geplaatst op een grond en van natuurlijke kleur; 2 in blauw, zes schelpen
van zilver, geplaatst 3, 2 en 1. Waarde: gedeeld: I in zwart twee golvende dwarsbalken van
zilver beneden vergezeld van een ruit van hetzelfde; II in goud drie lelies van groen. Yer-
seke: in zilver negen hermelijnstaartjes van zwart, geplaatst 5, 4, en een schildhoofd van
rood met een golvende dwarsbalk van zilver.
Een eerste mogelijkheid is dat het nieuwe wa
pen wordt samengesteld uit de complete wapens
van (alle) opgeheven gemeenten. Een voorbeeld
is het wapen van Westerschouwen (1961). Het is
in feite niets anders dan een combinatie van de
wapens van de vijf opgeheven gemeenten. In het
wapen van Kapelle is dit uitgangspunt zelfs twee
keer toegepast: in 1950 en daarna in 1970. Het
resultaat van deze methode is in heraldisch op
zicht niet altijd even gelukkig. Zeker als een
groot aantal gemeenten (en wapens) wordt sa
mengevoegd ontstaat al gauw een ingewikkeld
samengesteld wapen, dat weinig onderscheidend
vermogen heeft en daarom in de praktijk niet erg
goed bruikbaar is.
Een andere mogelijkheid is dat uit gedeelten
van alle of enkele oudere wapens een nieuw wa
pen wordt samengesteld. Het wapen van Duive-
land (1962) kan als voorbeeld dienen. De oude
wapens van Nieuwerkerk, Oosterland en Ouwer-
kerk zijn alle in het nieuwe wapen terug te vin
den. De omwisseling van de kleuren in het
schildhoofd is een verbetering ten opzichte van
Oosterland, omdat nu de kleuren blauw en zwart
elkaar niet meer raken. De wapens van Midden-
schouwen, Oostburg (gedeeltelijk) en Hontenisse
(met nieuwe elementen) behoren ook tot deze
categorie. Een tussenvorm zijn de wapens van bij
voorbeeld Valkenisse en Mariekerke. Bij Valke-
nisse (1967) is het wapen van Zoutelande in zijn
geheel opgenomen, terwijl van Biggekerke en
Koudekerke slechts gedeelten zijn gehandhaafd.
Ten derde kan men een geheel nieuw wapen
ontwerpen zonder rekening te houden met be
staande wapens. Dit uitgangspunt kan eenvou
dige, duidelijke wapens opleveren. Bovendien
kunnen dergelijke wapens gemakkelijker als een
heidssymbool voor een nieuwe gemeente dienen.
In zijn zuiverste vorm is dit uitgangspunt in Zee
land alleen toegepast in Vogelwaarde (1938). Het
enige actuele voorbeeld is het wapen van Rei
merswaal (1970): dit gaat niet terug op de wa
pens van de vijf opgeheven gemeenten, maar is
ontleend aan een ouder voorbeeld, te weten het