172 ARCHEOLOGICA ZELANDICA Aft). 4: Aardenburg 20 juni 1968. H.M. Koningin Juliana begeeft zich in gezelschap van de commissaris der koningin mr. J. van Aartsen en burgemeester M.G.M. van Berckel naar het nieuwe Museum, na eerst een bezoek gebracht te hebben aan de Sint-Baafskerk (foto: Oscar de Milliano, Sluis). Afb. 3: Het pand Marktstraat 18, waarin sedert 1968-1969 het Gemeentelijk Archeologisch Museum van Aardenburg is gevestigd (foto: W. Westphaal, Aardenburg). Sint-Baafskerk. Het huisvestte toentertijd de meer dan een eeuw oude kruidenierswinkel van me vrouw S. Basting. Er is lang over nagedacht, in hoeverre het antieke interieur van de woning an nex winkel zou kunnen worden gehandhaafd in harmonie met vitrines waarin voorwerpen zou den komen te staan die eeuwen ouder waren. Eerst in 1967 kreeg de grafisch ontwerper en bin nenhuisarchitect A. Verhoeven opdracht om in nauw overleg met de leider van de toenmalige opgravingen (de schrijver van dit artikel) het aan gekochte pand te verbouwen en de inrichting van een - voor die tijd - modern museum te ver zorgen. Het ging ons destijds zeer aan het hart het knusse, maar o zo hokkerige interieur te moeten 'uithollen', zoals dat laatdunkend bij de Rijksdienst voor de Monumentenzorg werd ge noemd. De wirwar van kamertjes en optrekjes werd gesloopt en ook de met oude plavuizen be dekte gang, die de winkel met een diepe achter tuin verbond, moest worden opgeofferd om ruime expositieruimten te verkrijgen, waarvan er één bestemd zou worden voor de prehistorie en de Romeinse tijd en een andere voor de Middel eeuwen. Met de aankoop, verbouwing en inrichting was een kleine 100.000,gemoeid. We kunnen ons afvragen of een dergelijke uitgave voor een be trekkelijk kleine gemeente verantwoord was, aan gezien nauwelijks één museum zonder subsidie rendeert. Het is gemakkelijker om een museum

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeland | 1994 | | pagina 34