PIET RIJKEN TACHTIG JAAR
,~s/Z y,"/'"'.
166
Peter Sijnke
'Bij voortgezette studie van de kunst in onze eeuw valt [nog] iets op. Vóór 1950 bestaat er tussen de twee
tradities een zeker evenwicht. Je hebt modern, je hebt klassiek, je hebt de tussenliggende mengsels. In dt
tweede helft van onze eeuw ovenveegt de moderne richting. De klassieke stijlen worden veel minder be
oefend, zo lijkt het, althans in musea, kranten, TV-programma's is er weinig van te merken' (D. Kraaij
poel, De Nieuwe Salon. Officiële Beeldende Kunst na 1945 (Groningen 1989), blz. 20-21).
'Klassieke stijlen' blijven beoefend worden. In Middelburg onder meer door Piet Rijken. Zijn aan
staande tachtigste verjaardag en het feit dat hij inmiddels zo'n halve eeuw als beeldend kunstenaar ii
Zeeland werkzaam is, lijken ons voldoende reden om daar in Zeeland bij stil te staan.
De klassieke kunst, met figuratieve voorstellin
gen, lijkt op het ogenblik het tij weer wat mee te
hebben. Nadat schilders die figuratief werk maak
ten jarenlang zijn verketterd als makers van
mooie plaatjes, kunstmakers voor de massa of
potten- en pannenschilders, is thans een kente
ring merkbaar. Voormalige Jonge Wilden schilde
ren stillevens of verenigen zich in groepen als Af
ter Nature. Zowel in de bouwkunst als in de
schilderkunst doen zich weer klassieke elemen
ten gelden. Bekende stillevenschilders als Henk
Helmantel hebben zich nooit veel van trends aan
getrokken en gingen - met succes - hun eigen
gang.
In het Zeeuwse kennen we ook zo'n kunste
naar: Piet Rijken, die op 1 februari 1995 zijn tach
tigste verjaardag hoopt te vieren.
Het begin
Piet Rijken werd op 1 februari 1915 te Middel
burg geboren. Zijn vader was als metaal
draaier/machinebankwerker verbonden aan de
Vitrite. Niets wees erop dat Piet later kunstenaar
zou worden. Wel tekende hij als kind veel. Die
aanleg heeft hij vermoedelijk geërfd van zijn va
der, die een verdienstelijk tekenaar was. Naast
aanleg en talent is echter het nodige doorzet
tingsvermogen vereist. Piet heeft zich zelf, door
veel kijken en veel doen, tekenen en schilderen
geleerd. Hij is dus autodidact. Zo'n vijftig jaar ge
leden besloot hij verder als beroepskunstenaar
door het leven te gaan. Een goede, maar moei
lijke keuze; het bestaan van een kunstenaar was
èn is immers veelal niet bepaald rooskleurig op
financieel gebied. 'Ik vind', zegt Piet Rijken, 'als
je zo graag de kunstenaar wilt spelen, je de con
sequenties daarvan moet aanvaarden en niet de
gemeenschap eivoor moet laten opdraaien'.
Daarom ook heeft hij in de jaren vijftig en zestig
(mede) in zijn onderhoud voorzien door het ver
vaardigen van monumentaal werk. In nauwe sa
menwerking met een architect vervaardigde Piet
Rijken toen enkele tientallen ijzerplastieken,
wandschilderingen en sgraffito's voor Zeeuwse
gebouwen, met name op Zuid-Beveland.
Techniek
Van meet af aan legde Piet Rijken zich op het
schilderen toe. Hoewel hij van mening is dat je in
tekenen meer kunt uitdrukken dan in schilderen,
kwam het in de praktijk toch vooral op schilde
ren neer. Hij 'denkt in schilderijen'. Rijken is een
fijnschilder, die op een traditionalistische, secure
manier aan zijn olieverfschilderijen werkt. Niet al
leen schildert hij op ouderwetse en ambachtelijke
wijze, hij gebruikt ook het ouderwetse materiaal
(zoals hele fijne marterharen penselen). Door die
tijdrovende techniek doet hij lang, gemiddeld een
maand tot een half jaar, over één werk.
In de natuur doet Piet inspiratie op, maar hij
tekent of schildert er niet. Hoogstens maakt hij
wat foto's. Thuis, in zijn huis 'Klein Poppenroede'
aan de Walcherseweg, arrangeert hij de te schil
deren voorwerpen en eventuele detailfoto's zorg
vuldig in zijn atelier. Soms is hij daar dagen mee
bezig. 'De compositie moet helemaal kloppen',
vindt hij. Wanneer dat het geval is, wordt in heel
fijn houtskool de tekening op het linnen gezet.
Daarna worden de houtskoollijnen met potlood
overgetrokken. Vervolgens zet Piet het schilderij
in (verdunde) verf. Dan pas begint het echte
schilderen. Hij schildert uitsluitend in olieverf in
een tamelijk beperkt kleurenpalet: wit, gele oker,
gebrande omber, groene aarde, Van Dyck-bruin,
cadmium-geel en -rood, groen en kobalt-blauw.
Zijn schilderijen mogen we compositorisch en
qua stofuitdrukking sterk noemen. Of het nu gaat
om landschappen of stillevens, zijn werk wordt
gekenmerkt door een knap spel van kleur en lijn
en licht, zelfs in zijn kleinste stillevens, zoals een
Morandi-achtig wit kommetje met even een klein
glimlichtje in de rand. Korte tijd schilderde Piet