BRITSE ETSERS 11 als schilder en etser. Hij was afkomstig uit de ha venstad Birkenhead, maar vestigde zich aan de Engelse oostkust, vanwaar hij in zijn zeewaardige jacht grote tochten ondernam. Zijn onderwerp was niet zozeer het landschap alswel de zee en de schepen. Vooral aan de grote windjammers, die in zijn tijd hun beste dagen gehad hadden, had hij zijn hart verpand. Niet alleen de schepen zelf, maar ook het rauwe leven aan boord heeft hij op onnavolgbare manier weergegeven. Bris coe was in de eerste plaats schilder en aquarel list. Toen hij in 1923 etsen ging maken, werden deze echter meteen een groot succes, en in de ja ren 1923-1939 produceerde hij een oeuvre van ruim 250 prenten. Vele malen bezocht hij Neder land, maar omdat hij in de eerste plaats schepen en zeelieden weergaf, is het aantal herkenbare Nederlandse onderwerpen in zijn oeuvre beperkt. Een prachtig etsje is echter 'Zaand Creek' uit 1924 (Britse kunstenaars leven nogal eens op ge spannen voet met de spelling van Nederlandse namen). Twee hoogaarzen liggen voor anker in het Noord-Sloe, ongeveer op de plaats van het tegenwoordige Sporthotel, met op de achter grond het silhouet van Veere en rechts een boer derij in de Spieringpolder. De sfeer van de Zeeuwse stromen is voortreffelijk weergegeven. Het kleine etsje 'At Zeirikzee' (sic!) uit 1927 is volgens de traditie aan boord van zijn jacht 'Gol den Vanity' gemaakt. Het stelt een meisje in Arne- muidse klederdracht voor, en daarom is het waar schijnlijk in Veere en niet in Zierikzee ontstaan. Ook de fraaie prent 'James and John' (een ver zonnen titel) uit 1928 hoort in Zeeland thuis. Twee vissers scharrelen in een afgemeerde hoog aars en een roeiboot rond, die uit de hoogte vanaf de kade zijn gezien. Volgens de oeuvreca- talogus zou deze ets in 'Zijpe op Walcheren' gesi tueerd moeten worden. Zijpe is echter geen vis sershaven, en we moeten waarschijnlijk eerder aan Bruinisse denken. De prent is bijzonder mooi door de verhoudingen: een groot deel van de plaat is wit gebleven en de horizon ontbreekt. Ook de vierde en laatste prent met een Zeeuws onderwerp heeft een verkeerde titel: 'Dutch eel boat' uit 1933 geeft de hoogaars ARM 7 weer, die juist de haven van Veere binnenvaart. Dit was de 'Nooit Gedacht' van schipper Jozias Siereveld, gebouwd in 1926 op de werf van Meerman in Arnemuiden en in 1956 van het scheepsregister afgevoerd. Met bootshaken wordt het scheepje van het havenhoofd afgehouden. Prachtig is het effect van de vooruitstekende loopplank met zijn scherpe schaduw. Ongetwijfeld heeft Briscoe ook aquarellen in Zeeland gemaakt. Deze zijn echter niet gecatalo giseerd en dus moeilijk te vinden. In elk geval is één aquarel van de haven van Veere bekend uit 1924, van dezelfde reis als 'Zaand Creek' dus. James McBey (1883-1959) was met Briscoe be vriend. Hij zeilde dikwijls met hem mee, maar had ook een eigen boot. McBey was een Schot uit Aberdeen en als etser volledig autodidact. Hij hield van het vlakke Hollandse landschap, dat hij vele malen heeft weergegeven, maar evengoed van Venetië. Uit Zeeland is maar één prent van hem bekend, maar dat is dan ook een mooie: een meisje wachtend op de veerboot aan de stei ger van Kamperland, met Veere op de achter grond. Deze prent ademt dezelfde sfeer als 'Zaand Creek', en dateert ook uit hetzelfde jaar. De kunstenaar die zich het meest door Zeeland heeft laten inspireren was Martin Hardie (1875- 1952). Niet minder dan acht etsen ontstonden in Aft). 3: 'At Zierikzee', droge naald van Malcolm Osborne, 1924. Collectie Rijksmuseum Amsterdam.

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeland | 1995 | | pagina 13