'ERZAMELINGF.N 33 herhaaldelijk posten aangaande het schilderen an bloemen en loofwerk op plafonds en gewei en, een enkele maal ook tapijtsgewijze beschil dering van vloeren en lambrizeringen. Sporen van schilderingen in interieurs zijn zeer spaarzaam, zoals in de inleiding reeds werd op gemerkt. Schilderingen werden namelijk meest uitgevoerd in lijm- of temperaverf. Deze verf had voor de toegepaste techniek het voordeel, snel te drogen. Lijnolieverf droogde zeer langzaam, en het was bij de toepasing van meer kleuren over elkaar ondoenlijk steeds een pauze van een week ai acht te nemen. Aan lijm- en temperaverven was dat bezwaar niet verbonden, maar deze wa ren daarentegen op langere termijn veel kwets baarder: zij waren niet bestendig tegen vocht, zo dat ze voor latere overschildering soms al ernstig waren aangetast, en bij het overschilderen gingen oude en nieuwe laag door impregnatie vaak één geheel vormen, zodat men de figuren niet meer te voorschijn kan brengen. In een beperkt aantal gevallen is de decoratie nog te achterhalen: namelijk indien een plafond in zijn oorspronkelijke staat met een nieuwer pla fond is afgedekt, als vet- en vuilafzetling een scheidingslaag vormen, zodat de latere laag kan worden afgeschraapt, en indien de decoratie slechts met witkalk is overstreken. Soms zijn weer en wind goede hulpmiddelen om in hope loze gevallen nog iets terug te vinden: vaak treedt bij blootstelling aan buitenlucht een zoda nige afschilfering op, dat de oorspronkelijke de coratie te voorschijn komt. Op afvalhopen van restauraties kan men dan ook soms fragmenten van decoratie op balken en planken aantreffen. In bijgaande illustraties zijn enige voorbeelden van sjabloonwerk in historische Middelburgse woonhuizen afgebeeld. Op afbeelding 1 is een plafond te zien dat onder een laag witkalk is aan getroffen. De kleuren konden aan de keerzijde van de kalkschilfers worden geanalyseerd, de fi guren waren door langdurige inwerking in het hout gefixeerd en een gedeelte was zelfs gaaf achter de achttiende-eeuwse betimmering van een raamwand bewaard gebleven. De beschilde ring is op de oude planken en balken gerecon strueerd, geheel overeenkomstig de oorspronke lijke figuren en kleuren. De fonds zijn uitgevoerd in lichte oker en de cartouches in zwart op grijs, waaromheen een rand in Engels rood en aanslui tende ornamenten zijn aangebracht in zwart. De medaillons bevatten een soort toverknoop in grijs, rood en zwart, en zijn omgeven door een rode rand, die met zwarte lijnen is afgezet. Op het achter de betimmering aanwezige gedeelte was zelfs nog een marmering van het fond waar neembaar: een wolkachtige invulling van de okerkleurige vlakken met waterachtige zwarte verf om het vlak te breken. Afbeelding 2 laat een voorbeeld zien van een balk waarbij het mogelijk bleek de latere lagen af te schrapen. Deze balk heeft een grijsgeel fond met daarop patronen in rood en groen en invul ling met groene gestileerde bloemen. De bijbeho rende kinderbalken hebben aan de onderzijde af wisselend een meander- en een vlechtmotief in twee schakeringen groen, terwijl de zijkant een rood schakelmotief op zwart fond heeft. De vak ken tussen de balken waren hier in Engels rood geschilderd. De derde illustratie toont een recon structie van de hiervoor genoemde plafonddeco ratie uit een slooppand in de Bogardstraat. De kinderbalken zijn hier van arabesken voorzien. Fragmenten tonen aan dat nog veel meer com binaties werden toegepast. Zo trof ik ooit bij afval een sleutelstuk met de kleurencombinatie zwart

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeland | 1995 | | pagina 39