VERZAMELINGEN
70
Mineralen en Gesteenten
J.M. Moraal
Reeds kon na de oprichting van het Genootschap in 1769 werd, in 1771, conform de doelstellingen een
begin gemaakt met het aanleggen van allerlei verzamelingen. Men zon kunnen zeggen dat verzamelen
in het verlengde lag van de beschouwing der natuur, één der doelstellingen van de Verlichting. Minera
len en gesteenten hebben van meet af aan een rol gespeeld bij demonstraties van en beschouwingen
over de natuur. Een aantal kabinetten met vitrines en ladenkasten vormde de entourage in de kamer
waar de bijeenkomsten werden gehouden.
De oude verzameling
Meer dan honderd jaar na de oprichting van het
Genootschap was de collectieclrang tot volle ont
plooiing gekomen en het verzamelen van natura-
lia maakte een grote bloei door. Er werd een aan
vang gemaakt met een paleontologische collectie.
Hiermee werd de basis gelegd voor de verzame
ling van de in Zeeland aangetroffen beenderen
van zoogdieren uit de Ijstijd (Pleistoceen). Deze
zou later de belangrijkste plaats innemen. De
mineralenverzameling floreerde door de belang
stelling en de uitstekende zorgen van de voor de
natuurhistorische verzamelingen aangestelde con
servatoren.
In het Archief xan 1874 brachten de conserva
toren verslag uit van de verzameling mineralen
en gesteenten. Het verslag beslaat slechts enkele
regels, maar vermeldt wel de namen van de con
servatoren: dr. A.A. Fokker en dr. H.F. Seelheim.
Adriaan Abraham Fokker, doctor in de medicij
nen, leefde van 1810 tot 1878. Hij was medicus te
Middelburg en kenmerkte zich door een veelzij
dige inzet op zijn vakgebied. Bovendien bezat hij
een levendige belangstelling voor natuurweten
schappen, met name aardwetenschappen zoals
mineralogie, petrologie en paleontologie. Zijn
voortdurende streven naar perfectie blijkt uit het
verslag dat hij in de vergadering van 6 maart 1844
voordroeg. De in fraai handschrift geschreven no
tulen van de vergadering bevatten vier bladzijden
met zijn verslag. Daaruit kan worden opgemaakt
dat Fokker, die toen 34 jaar oud was, reeds enige
tijd aan het classificeren en systematiseren moet
hebben gewerkt. De verzameling werd door hem
uitgebreid met een uitgelezen collectie mineralen
en gesteenten die hij van een ons onbekende re
latie had geërfd. Zijn liefde voor de natuurweten
schappen zal hem mede langs deze weg eigen
zijn geworden. Het getuigt bepaald van grote
Afb. 1: Oude verzame
lingen: nummer 17, lig-
niet (bruinkool), Keu
len; nummer 401,
amiante, Italië; nummer
21, naphta (aardolie),
Auvergne. Foto: Frank
Viergever.