4
'S LANDS KAMER TE ZIERIKZEE
Lang heeft Van clen Broeck niet van zijn
nieuwe behuizing kunnen genieten: hij overleed
al in 1770 op achtendertigjarige leeftijd. Hij liet
een dochter en een zoon, Hendrik Anthonie, na.
Ondanks de grote verbouwing was hij bij zijn
dood geenszins onbemiddeld. Het huis wordt in
de inventaris trouwens niet genoemd. Het was
kennelijk in zijn geheel eigendom van zijn we
duwe, die al in 1760 in het bezit was van het lin
ker deel.
Afb. 6: K.W. de Jonge en H. van Breugel. Privé-bezit, foto
Verschoore Zierikzee.
In 1772 hertrouwde Maria Adriana met de we
duwnaar Benjamin Frieswijk, die in de jaren zes
tig predikant te Zierikzee was geweest. Zij volgde
hem met haar kinderen in dat jaar eerst naar Rot
terdam en later naar Den Haag, waar hij hofpre-
dikant werd. Het huis verhuurde zij aan haar
zwager Iman van den Broeck, die het met zijn
vrouw Anna Bodt en hun dochter vele jaren be
woonde. Er is een aardige brief van Iman aan zijn
schoonzuster 'Antje' bewaard gebleven (oktober
1776). Over het huis bericht hij, dat een rokende
schoorsteen die in de afgelopen winter 'de
nieuwe eetzaal' onbruikbaar maakte, met een
voudige middelen is hersteld. Verder schrijft hij
dat de familie prettig doende is met het vergroten
en naar zijn smaak inrichten van een 'plaasje'
(buitenplaats/boerderij)6. Mogelijk betreft het hiel
de boerderij te Noordgouwe die in 1819 bij het
overlijden van Imans dochter in haar inventaris
genoemd wordt.
Ook Iman van den Broeck (1730-1778) had
rechten in Leiden gestudeerd en was een typi
sche achttiende-eeuwse regent. Hij vervulde vele
ambten: burgemeester, thesaurier, secretaris, pen
sionaris, weesmeester, overdeken, heemraad en
landrechter van Schouwen. Al deze activiteiten
lieten hem ook nog voldoende tijd om zijn bezit
tingen te beheren. Iman hield zes dienstboden,
een koets en drie paarden. Hij werd als een goed
en verstandig regent beschreven. Maar ook hem
was geen lang leven beschoren; hij overleed in
het huis in 1778. Zijn nagelaten inventaris bestaat
voornamelijk uit een indrukwekkende lijst van in
het huwelijk ingebrachte en later verworven lijf
renten en obligatiën7.
Anna Bodt (1727-1816) en haar dochter Louisa
Wilhelmina waren de enige erven. Anna was van
huis uit vermogend en had bovendien na het
overlijden, in 1769, van haar eerste echtgenoot,
Jacob Mogge, een aanzienlijke douarie gekregen.
Jacob was immers één van de erfgenamen van de
zeer rijke mr. Pieter Mogge, 'de weldoener van
Zierikzee', wiens portret later uit de nalatenschap
van Anna aan de stad kwam8.
Rond 1807 had Maria Adriana nog behoorlijke
kosten aan Havenpark 40 gemaakt. Daar het
vooral om rekeningen voor timmer-, schilder- en
glaswerk gaat, lijkt dit het moment waarop de
achttiende-eeuwse vensters in de voorgevel ver
vangen werden door de toen gangbare, grotere
negentiende-eeuwse ruiten'.
In 1807 overleed Maria Adriana. Het huis wordt
nu op 4000 gulden geschat, terwijl het jaarlijks
350 gulden huur bleek op te brengen. Hendrik
Anthony van Alphen van den Broeck erft het huis
van zijn moeder en verkoopt het in 1813 voor
18.188 francs (ca. 8500 gulden) aan Anna Bodt"1.
Anna Bodt, die het pand met haar dochter 44
jaar lang had bewoond, overleed in 1816 op
hoge leeftijd. Het is spijtig dat van de families
Van Alphen, Van den Broeck en Bodt geen por
tretten bewaard gebleven zijn.
Louisa Wilhelmina van den Broeck (1764-
1819), na 1816 dus eigenaresse van het huis, was
in 1784 met Cornells Evertsen (1733-1809) ge
trouwd. Deze had in Utrecht gestudeerd en was
verwant aan de zeevaardersfamilie uit Vlissingen.
Ook hij had in Zierikzee een aanmerkelijke staat
van dienst opgebouwd. Hij was secretaris, pen
sionaris, schepen, raad en burgemeester, overde
ken en landrechter. Maar in 1795 legt Evertsen al
zijn ambten neer, waarschijnlijk uit protest tegen
de Fransgezinde politiek van de stad. Hij was
trouwens niet de enige regent die op deze wijze
blijk gaf van zijn afkeuring. Sommigen, zoals zijn
aangetrouwde neef Hendrik Anthonie van den
Broeck (zoon van Jan Cornelis), verlieten Zierik
zee voorgoed.
Evertsen stierf in 1809 en Louisa Wilhelmina
hertrouwde in 1812 met Willem Frederik van dei-
Burcht van Lichtenberg. Na het vertrek van de
Fransen in 1813 trad Lichtenberg in Zierikzee op