SLUIS BIJ DE STADSSCHUUR 65
Alh. 3: Deel van tic kaart van Goliath. Kopergravure, z.n. en z.j. (verbeterd tloór A. \an Meyren, 1688). De sluis lag op de
.ingegeven plaats. RAZ I 311.
gracht aan de zuidkant van het Tuchthuis aan
sloot op de zoute gracht aan de Schoorsteenve
genssingel. Het vervolg op de Schoorsteenvegers-
singel was de Pottenbakkerssingel. Daar was in
l~59 de pottenbakker Adrianus Mattheus van der
Weyde gevestigd. Hij was afhankelijk van de aan
voer van turf, een brandstof die een hoge tempe
ratuur kan opleveren. Tijdens de bouwwerkzaam
heden konden de turfschepen niet bij hem voor
de wal komen en daarom kreeg hij voor de duur
an de werkzaamheden twintig pond per jaar als
vergoeding voor de hogere vervoerskosten. Van
der Weyde overleed in l~6l en zijn weduwe ver
kocht het bedrijf met inbegrip van dit recht van
'dedomagement' (schadeloostelling). Ook de
pachter van de watermolen kreeg vrijstelling van
de pacht zolang het karwei duurde.
Jacob Poley was in de jaren van de vernieuw
bouw (1759-1"763) al een belangrijk man in Mid
delburg die steeds betrokken was bij waterbouw
kundige werkzaamheden. Hij moet als
'stadsfabriek' (gemeentelijk bouwkundige) een
hele klus hebben gehad aan de voorbereiding en
uitvoering. Als assistent kreeg hij zijn zoon ter be
schikking, die hem - zo wordt uitdrukkelijk ver
nield bij zijn overlijden zou kunnen opvolgen.
Poley woonde op de Hoogstraat, dus met zijn
neus op de bouwplaats.
Van de sluis en wat daaraan vastzat, is een te
kening uit 1763 bewaard gebleven die nauwkeu
rig alle details laat zien. Op deze tekening zijn
dan ook vermoedelijk alle wijzigingen te zien die
in de loop van de werkzaamheden optraden. Het
kan dus niet de oorspronkelijke bestektekening
zijn. Het bestek bestaat niet meer, maar we heb
ben wel de door Jacob Poley bijgehouden lijst
van uitgaven van de werkzaamheden die door de
thesauriers (kassiers) werden afgerekend met de
betrokkenen.
De gemeentelijke bouwkundige van Zierikzee.
Bartholomeus van Es, was bij cle technische con
trole van de werkzamheden betrokken: hij onder
zocht het bouwterrein en de bestekken. Hij kreeg
daar ruim 43 pond voor betaald, maar moest wel
zelf vier weken lang zijn 'verteringen' betalen.
Van Es overleed op 23 juni 1762 en in zijn plaats
werden door de thesauriers de landsfabriek (pro
vinciaal bouwkundige) Laurens van der Stel, een
deskundige uit Vlissingen en de stadsfabriek van
Goes benoemd.
Zacharias Koolman was de aannemer van de
twee kistdammen bij de Stadsschuur en de Win-
terstraat, welke voor de som van 17.500 gulden
werden gebouwd. De twee kleinere dammen bij
het oude kleine sas aan de Goese Korenmarkt
werden eveneens door hem aangenomen, en wel