VERZAMELINGEN ZEEUWSE KROKODILLENSCHEDELS ONTMASKERD 74 J.M. Moraal Het Zeeuws Genootschap heeft verscheidene be langrijke verzamelingen opgebouwd, waarvan de vroegere afdeling Oud- en Zeldzaamheden er één was. Omstreeks 1882 werd de 'Steenen Ka mer' van de Oud- en Zeldzaamheden afgesplitst. Volgens P.J. van der Feen, die in 1925 de steenen kamer onder zijn beheer kreeg, zou deze voor werpen betreffende de archeologie, de palaeon- tologie en de geologie van Zeeland moeten bevatten. Alle collecties van het Genootschap waren in het genootschapsmuseum aan de Wagenaarstraat ondergebracht. In 1972 verhuisde de inventaris naar de inmiddels gerestaureerde gebouwen van het Abdijcomplex. De verzamelingen van het Ge nootschap werden in langdurige bruikleen aan de Zeeuwse Museumstichting gegeven, waar zij een integrerend deel vormden met voorwerpen en verzamelingen met een andere herkomst. De situatie in de depots van het Zeeuws Museum was voor het Genootschap onbevredigend, om dat veel voorwerpen moeilijk bereikbaar waren voor bestudering of beschrijving. Er werd een begin gemaakt met de restauratie van de verzameling fossiele beenderen - bekend als de bottenverzameling - maar voor een syste matische indeling bleek de depotruimte te klein. Voor nieuwe aanwinsten was helemaal geen plaats. Verbouwingen in het museum maakten het in 1991 noodzakelijk een ander onderkomen te zoe ken. Gelukkig bood het Rijksarchief in Zeeland ruimte in een hulpdepot in Oost-Souburg aan. Weer verhuisde de collectie, waarna voldoende ruimte voorhanden was om noodzakelijke werk zaamheden als conservering en registratie te ver richten. Ten gevolge van deze verhuizing kwa men een aantal kisten en dozen te voorschijn die sinds 1961 niet meer open geweest waren, De huidige conservatoren kwamen voor inter essante verrassingen te staan. Door de vroegere belangstelling voor schedels is veel goed materi aal bijeengebracht, waarvan een deel de brand in 1940 heeft doorstaan. Uit de kisten kwamen sche dels van niet-fossiele menselijke en dierlijke her komst voor de dag. Na de oorlog werd deze ver zameling aangevuld met skeletdelen die geschikt zijn om te gebruiken bij vergelijkende anatomie. Twee grote krokodillenschedels roepen vragen op: waar komen ze vandaan, hoe zijn ze in de Zeekrokodil Crocodylus porosus Afb. 1: De zeekrokodil kan 7 meter lang worden en weegt 1000 kg. Hij is tegenwoordig het grootste reptiel en wordt het meest gevreesd van alle kro kodillen. Hij is een menseneter. De zee krokodil leeft meestal in zont water, maar kan ook in het zoete water van grote rivieren en meren leven. Hij koml voor in alle tropische delen van Azië en het Stille-Oceaangebied.

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeland | 1996 | | pagina 44