WILLEM LOOTENS (1736-1813) - ORGANIST EN KLOKKENIST VAN MIDDELBLJRG 107 Albert Clement Op 6 september 1996 zal in het kader van het voc-Festival een aantal activiteiten in Middelburg plaats vinden waarbij onder meer enkele Middelburgse componisten uit de voc-tijd centraal zullen staan. Eén van de muzikale persoonlijkheden die aandacht verdienen, is Willem Lootens. Deze Middelburgse orga nist, klokkenist en componist nam in het Zeeuwse muziekleven in de tweede helft van de achttiende eeuw een belangrijke plaats in. Composities van hem die nog altijd aanspreken, zijn de in Londen uitge geven (en derhalve van een Engelse titel voorzienej Six Divertiments. Het Genootschap geeft een facsi mile-editie van deze composities uit (Exempla Musica Zelandica tv) welke op 6 september zal worden gepresenteerd. Op deze plaats derhalve aandacht voor een Middelburgs musicus uit de voc-tijd. Het cultureel leven in Middelburg ten tijde van Lootens De ontwikkeling van Middelburg als welvarende stad was ver vóór de tijd van Lootens ingezet. In het midden van de zeventiende eeuw was Mid delburg na Amsterdam de belangrijkste handels stad van de Republiek. Al zo'n vijftig jaar eerder, in 1602, was met de oprichting van de Verenigde Oostindische Compagnie en de vestiging van de Kamer Zeeland te Middelburg een wezenlijk ele ment aan de Middelburgse welvaart toegevoegd. De voc bleef bestaan tot het eind van de acht tiende eeuw. In december 1795 viel bij de Staten- Generaal het besluit om de bewindhebbers van de voc te ontslaan en in 1796 werden alle nog aanwezige goederen verkocht. Ook andere com pagnieën, zoals de in 1720 opgerichte Middel burgse Commerciecompagnie, droegen nog ten tijde van Lootens bij tot de rijkdom van de Mid delburg. Geen wonder dat de stad nog altijd rijk is aan prachtige zeventiende- en achttiende- eeuwse gebouwen. Hieraan droeg ook de in 1730 aangestelde stadsarchitect Jan de Munck (1687-1768) zijn steentje bij: hij was onder meer betrokken bij het tot stand komen het IJkhuis, de Koepoort en de Lutherse Kerk. Voor zichzelf bouwde hij een huis met een observatorium voor sterrekundige waarnemingen. Zulke waarnemin gen waren van belang voor de scheepvaart. Van grotere invloed op de beoefening van de exacte wetenschappen in Middelburg was de in Veere geboren en te Utrecht gepromoveerde me dicus Leonardus Stocke (1711-1773). Hij hield vele lezingen over moderne natuurkunde en bun delde de daardoor gewekte interesse in twee ge nootschappen, die in 1780 werden vertegenwoor digd in het Natuurkundig Gezelschap. Dit gezelschap groeide spoedig uit tot een genoot schap. De zeer invloedrijke Zeeuwse regent en maecenas mr. Johan Adriaan van de Perre (1738-1790), heer van Nieuwerve en Welzinge, stelde dit genootschap een pand ter beschikking in de Latijnse Schoolstraat. Ook de tekenakade- mie, opgericht in 1778 als Teeken Collegie met het devies 'Vernuft en vlijt', vond hier van 1787 tot 1816 onderdak. Het Zeeuwsch Genootschap der Wetenschappen had eveneens beschikking over de ruimten. De kerkelijke cultuur van Middelburg kan zeer bewogen worden genoemd. Ten tijde van Loo tens werd, in 1773, een nieuwe Psalmberijming ingevoerd. Deze kende - ook in Zeeland - ver bitterde tegenstanders. Met de zangcultuur in de reformatorische kerk was het droevig gesteld. In de tijd van Lootens waren er ook vele organisten die het zo nauw niet namen met hun ambt. De in Middelburg geboren advocaat dr. Joos Verschuere Reynvaan (1739-1809), onder meer werkzaam als organist en klokkenist in Vlissingen, spreekt in zijn Catechismus der Muzyk (Amsterdam/Rotter dam, 1787) over de 'losbol', die met zijn 'naspel' bij het uitgaan van de kerk 'in één oogenblik door zyn ligtvaerdig en verkeerde handeling ten eenenmale kan uitwissen by vrolyke gemoede ren, dat gene waar de Predikant een paar uuren besteedt heeft'. Beter gesteld was het met de wereldlijke mu ziekcultuur1. Middelburg had een collegium musi- cum dat door toedoen van de vroegere leider, Christiaan Ernst Graaf (1723-1804), sedert 1754 de beschikking had over de ruimte boven het kantoor in het IJkhuis, welke als concertzaal werd gebruikt. Daarnaast klonk muziek bij bij zondere gelegenheden, traden regelmatig rond reizende solisten op en werd in de huiselijke kring ijverig gemusiceerd. Zo bezat Johan Adri aan van de Perre verscheidene muziekinstrumen ten en tevens een aantal muzieklessenaars, wat op ensemblespel in huiselijke kring wijst. Clave- cimbels en kostbare huisorgels waren in ruime mate aanwezig. Ook Willem Lootens bood meer malen een instrument aan, bij voorbeeld een fraai huisorgel in de Middelburgsche Courant van 26

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeland | 1996 | | pagina 33