1 Yvts v %4 lV1 OCHS EN OAKI:> en John Nash leverden grafisch werk voor een expositie'. Naast de jaarlijks terugkerende tentoonstellin gen heeft Alma Oakes haar vaste verzameling kunstvoorwerpen steeds meer uitgebreid: kleder drachten, scheepsmodellen, meubels en porse lein, Alma verzamelde alles. Wegens geldgebrek verkocht ze dikwijls prachtige kunstvoorwerpen om met de opbrengst minder kostbare curiositei ten aan te schaffen. In het zomerseizoen runde ze het museum, meestal met hulp van Engelse meisjes. In de wintermaanden probeerde ze voor raad in te slaan om weer door te verkopen1". De Struys is tot de Tweede Wereldoorlog altijd gale rie en museum tegelijk geweest. Albert Ocbs en Alma Frances Oakes, beiden lid van het Zeeuwsch Genootschap der Wetenschap pen: een lidmaatschap in ruil voor een gevelsteen Het was in de eerste decennia van de twintigste eeuw niet zo eenvoudig het lidmaatschap van het Zeeuwsch Genootschap der Wetenschappen te verwerven, zelfs al behoorden vele vooraan staande kunstenaars tot je vriendenkring en ex ploiteerde je een goedlopend museum. Uit het archief van het Zeeuwsch Genootschap kunnen we ongeveer reconstrueren hoe de benoeming tot lid van Albert Ochs tot stand gekomen is. We gaan eerst terug naar het jaar 1865, waarin het boek 'Alice's Adventures in Wonderland' ver scheen, geschreven door Lewis Carroll. In dat boek krijgt het meisje Alice wijze raad van Dodo, door veel lezers als een fantasievogel be schouwd. In datzelfde jaar 1865 echter werd door een Engelse schoolmeester, George Clark, op het eiland Mauritius een aantal botten opgegraven die zonder twijfel het bestaan van de dodo, ook wel walgvogel genoemd, bewezen. De dodo (Raphus cucullatus) moet behoord hebben tot de duifachtigen, en ongeveer zo groot als een kal koen geweest zijn. Het dier kon niet vliegen. Door opvarenden van schepen zijn enkele exem plaren naar Europa gebracht, waar ze soms op schilderijen werden afgebeeld". Het is natuurlijk interessant dat de bioloog dr. A.C. Oudemans in 1909 in Veere een gevelsteen met een uitgehou wen dodo ontdekte, met het bijschrift 'In den Struys, 1561"". Oudemans beweert in zijn 'Do dostudiën' dat de beeldhouwer te Veere een echte dodo als voorbeeld gehad moet hebben". In het jaar 1917, hetzelfde jaar waarin genoemde studie verscheen, werd Oudemans benoemd tot lid van het Zeeuwsch Genootschap. Kennelijk vindt hij het van groot belang dat het Genoot schap de gevelsteen in bezit krijgt. Er is namelijk een brief van hem bewaard van 11 maart 1917 aan secretaris W. Polman Kruseman. met de vraag of het gelukt is de dodo te bemachtigen. Hij schrijft: 'Wanneer het huis nog te stevig is om afgebroken te worden dan zou men den gevelsteen door een "namaak dito" kunnen doen vervangen'14. Er is inderdaad overleg geweest met de heer Ochs, want die laat in een brief van 20 december 1917 weten dat, als zijn dochter van wie het huis inmiddels is toestemt, er een con tract getekend zal worden waarin de gevelsteen aan het Zeeuwsch Genootschap wordt geschon ken of verkocht. Ochs wil wel het recht behou- Afb. 4: Albert Ochs (links) schaakte dikwijls met zijn gasten. Dirkjan Koets maakte deze teke ning voor het gasten boek. Gemeentearchief Veere. t t"v \(v V -7. ,Jz

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeland | 1996 | | pagina 6