ONTSTAAN EN BEGINTIJD VAN HET BEDRIJF VAN DER HAVE 6 G.J. Lepoeter Het vrijwel over de gehele wereld bekende zaaizaadbedrijf Van der Have vierde in 1979 op grootse wijze het honderdjarig bestaan. Het ter gelegenheid hiervan verschenen gedenkboek 100 jaar Van der Have 1879-1979 getuigt daarvan. Het als kleine boomkwekerij in Kapelle begonnen bedrijf, dat al na korte tijd met een zaadhandel werd uitgebreid, had in een eeuw tijds een grote vlucht genomen. Vanaf 1904 mocht DJ. van der Have zich hofleverancier noemen en in 1949 werd het bedrijf het predikaat konink lijk verleend. Dat ook. na de feestelijkheden in 1979 de ontwikkelingen niet stil zijn blijven staan, wordt bevestigd door het feit dat in 1980 het bedrijf de Koning Willem i-prijs werd toegekend. Gedenkboek Mij is gevraagd licht te werpen op het prille be gin van het bedrijf Van der Have. Probleem is dat het bedrijfsarchief het volledig laat afweten, met uitzondering van een boek met summiere jaar lijkse balansgegevens. Het gedenkboek is op het punt van het hoe en waarom in Kapelle en de sa menwerking met een compagnon gedurende de eerste jaren dan ook uitermate vaag', en het meeste is gebaseerd op mondelinge overlevering, opgetekend uit de verhalen van familie en vroe- Afb. 1: Wapen De Vos tot Nederveen Cappel: in zilver een groene boom op grasgrond, rechts en links vergezeld van een tegen de stam klimmende rode vos. Hartschild: in zil ver een rode dwarsbalk, boven vergezeld van acht (4, 4) en beneden van zeven (4, 3) horizontaal geplaatste zwarte turven (Nederveen Cappel) (uit: Nederlands Patriciaat 59 (1973)). gere werknemers. Deze gegevens blijken ook niet volledig betrouwbaar te zijn. Het gedenk boek wekt verder de indruk bewust oppervlakkig te zijn. Altijd al - en zeker na 1979 - hebben wij het gevoel gehad dat de samenwerking tussen Daniël Johannes van der Have en Hendrik Anthony de Vos tot Nederveen Cappel, waarmee nota bene de basis voor het bedrijf werd gelegd, een nadere beschouwing vereist. Vandaar dat we in eerste in stantie de persoon van de compagnon naar voren willen halen. H.A. de Vos tot Nederveen Cappel Hendrik Anthony de Vos tot Nederveen Cappel werd op 4 maart 1851 te Utrecht geboren2. Hij was de zesde van de zeven kinderen van mr. Cornelis Lodewijk de Vos en Anna Elisabeth Ma ria Graevestein. Zijn vader, advocaat aan het Hof van Utrecht, president van de Rechtbank te Utrecht, raadsheer en president van de Hoge Raad der Nederlanden, kocht in 1863 van mr. A. den Bandt de ambachtsheerlijkheid Nederveen Cappel. Vanaf dat moment noemde hij zich De Vos van Nederveen Cappel en al zijn kinderen De Vos tot Nederveen Cappel1. De familie was van aanzien. De oudste (ongehuwde) dochter was schilderes en tekenares. Twee dochters wa ren gehuwd met hoogleraren, één met een hoog leraar, minister van Justitie, minister van Staat en lid van de Hoge Raad, die het door hem ontwor pen Wetboek van Strafrecht in het Staatsblad bracht. Dochter Henriëtte J.W. huwde in 1872 met Jan J.C.R. van der Bilt, telg uit een vooraan staand Zeeuws geslacht. De oudste zoon, mr. Lo dewijk H.D., was griffier van het kantongerecht te Arnhem. Hendrik Anthony ten slotte was blijk baar een buitenbeentje. De gegevens over hem in het familie-archief zijn schaars en fragmentarisch. In 1871 was hij in opleiding in Duitsland. Op 18 april van dat jaar schreef hij uit Kleef een brief aan zijn ouders, waarin hij berichtte dat hij in

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeland | 1997 | | pagina 8