CRUCQ 71 Afb. 1: Hoek Balans/St. Pieterstraat te Middelburg met Broodbakkerij Crucq (raz Z.I. 11-240) - schrijft hij hoe teleurgesteld hij is, dat hij aan de Engelse oostkust geen brief van haar heeft gekre gen. Hij had gehoopt 'om eenig en groot nieuws en zoo zeer verblijdend van u, mijn liefste, te ver nemen'. Ongetwijfeld doelt hij daarmee op een verhoopt bericht dat zij zwanger zou zijn. Maar het bericht kwam niet, en dat greep hem zo aan, dat hij wel met de loods had willen terugkeren. Vijftien september 1857, 25°z 100°o, opnieuw op haar verjaardag, schrijft hij dat hij ook op Anjer (West-Java) geen brief heeft gevonden, en hij voegt er teleurgesteld aan toe: 'ik weet nog niets van uw toestand. Och vertrouwde ik en steunde ik steeds op den Heere'. Het zal een begin zijn van een blijvende teleurstelling, want hun huwe lijk blijft kinderloos". Gedachtenwereld Deze en andere persoonlijke ontboezemingen ge ven een treffend beeld van de gedachtenwereld van een zeeman, die soms maanden lang van be richt van thuis verstoken was en alles alleen moest verwerken. Echter, het belangrijkste van zijn dagboeken is de uitvoerige beschrijving van zijn godsdienstige beleving, waaruit blijkt hoe be langrijk die voor hem is. De 'brieven' aan Lientje zijn eigenlijk tussenvoegsels in zijn godsdienstige uiteenzettingen. Daarbij valt het ook op hoe wei nig hij in zijn dagboeken over de reis en het le ven aan boord schrijft. Slechts twee ervaringen die hem blijkbaar bijzonder hebben getroffen, noemt hij. Wanneer hij zich op 31 augustus 1855 op de Zuid-Atlantische Oceaan bevindt, schaamt hij zich over het feit dat zij zich in de Chineese Zee zo ongelukkig hebben gevoeld, omdat de reis door gebrek aan wind ernstige vertraging heeft opge lopen. Nu, op Sint Helena, verneemt hij dat er zich enkele scheepsrampen bij de Kaap hebben voltrokken twee maanden voordat zij hetzelfde punt passeerden. Als zij op de oorspronkelijke tijd daar waren geweest, zouden zij zelf zeker ook verongelukt zijn. En hij voegt eraan toe: 'Kan men duidelijker blijk verlangen van 's Heeren eindeloos geduld met ons, van Zijn genadig met ons zijn?'. De tweede ervaring noteert hij op de kust van Portugal op zondag 31 mei 1857 (Pinksteren). Toen hij 's avonds op wacht stond, zag hij op eens een brik die een groot ongeluk overkwam. Even kwam het Franse schip nog zo dichtbij dat er met de bemanning enkele woorden konden worden gewisseld. Maar daarna hebben ze niets meer voor het schip kunnen doen en hij twijfelt er niet aan dat het diezelfde nacht nog is ver gaan. Ook hun schip liep gevaar in de storm, die

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeland | 1997 | | pagina 41