BLEEKER
19
Afb. 3. De door de fabriek
van Caroline Bleeker ont
wikkelde 6 x 24 prisma-
kijker (collectie G. van
Ginkel).
onder de voet gelopen, en ons land raakte be
trokken bij de Tweede Wereldoorlog. Voor het
bedrijf van Caroline Bleeker brak een moeilijke
periode aan. De bestelling van de 6 x 24 kijkers
kon niet worden afgemaakt, wat de eerste grote
schadepost voor het bedrijf betekende. Vrijwel
alle orders werden geannuleerd en bovendien
raakte de fabriek wegens evacuaties totaal gedes
organiseerd. Dank zij de hulp van de reeds ge
noemde ir. M.J. Schoen, echtgenoot van Caroli
ne's Middelburgse vriendin Adriana Keg, kon een
deel van het personeel nog aan het werk gehou
den worden: zij voerden reparaties uit en lever
den stukwerk op bestelling16. De rest van het per
soneel moest worden ontslagen. Het gevolg was:
'...bij ziekte moet mejuffrouw Bleeker zelf inval
len'17.
Caroline Bleeker had een brede kring van we
tenschappelijke contacten in binnen- en buiten
land, ook in Duitsland, en hierin was zij zeker
niet anti-Duits. Wel had ze een uitgesproken af
keer van de nazi's en de Duitse bezetter. Ze gaf
hier regelmatig op niet mis te verstane manier ui
ting aan. Ook vertelde zij in de fabriek welk
nieuws zij gehoord had op de (verboden) En
gelse radio. In het gebouw aan de Korte Nieuw-
straat zaten onderduikers verborgen, onder wie
een joodse dame (Rosa Goudsmit), die aanvanke
lijk als telefoniste op de fabriek werkte en later,
na de oorlog, als medewerkster bij de optische
afdeling.
Begin september 1944 deed de Duitse Feldgen-
darmerie een inval in het bedrijf. Vermoedelijk
was verraad van één van de medewerkers in het
spel. In dat verband werd zelfs een naam ge
noemd. Gelukkig werd er geen belastend mate
riaal gevonden, en Caroline Bleeker, die uitste
kend Duits sprak, wist de invallers zo lang aan de
praat te houden, dat de onderduikers zich via de
tuin in veiligheid konden brengen. Caroline Blee
ker en Gerard Willemse moesten mee voor ver
hoor, maar werden nog diezelfde dag vrijgelaten.
Voor alle zekerheid gaf Caroline daarop alle
werknemers de opdracht weg te blijven. Kort
daarna werden de gebouwen bijna volledig door
de Duitsers en hun handlangers leeggeroofd.
Ook de vader van Gerard Willemse werd door
de Duitsers opgepakt. Op het moment van de in
val was hij juist bezig met het produceren van il
legaal drukwerk, iets waarop de doodstraf stond.
Willemse Sr. werd gevangen gezet en op 15 sep
tember 1944 in fort De Bilt vermoord.
Caroline Bleeker en Gerard Willemse kregen
het advies onder te duiken. In de verwarring na
'Dolle Dinsdag' (6 september 1944) raakten zij
verzeild in Zeist. Op het plein bij de Evangelische
Broedergemeente ontmoetten zij de echtgenote
van een van hun werknemers, die ervoor zorgde
dat zij onderdak vonden bij een aldaar wonende
medicus. Aan deze dr. Van Dorp en zijn vrouw
vertelden Lili en haar levensgezel dat hun fabriek
kijkers aan het verzet had geleverd.
Zolang er geen middelen uit de fabriek be
schikbaar waren, betaalde Caroline Bleeker het
salaris van haar personeel uit eigen zakls. Op 5
mei 1945, de dag van de capitulatie, riep ze het
overgebleven personeel op, naar het bedrijf te
komen om de fabriek schoon te maken, zodat zo