ZEEUWSE BOEREN IN BRABANTS GAREEL. DEEL 1: 1896-1946
8
Ton Duffhues
Vanaf 1 januari 1999 zal in de provincie Zeeland slechts één landbouworganisatie actief zijn: de Zu
delijke Land- en Tuinbouworganisatie (zlto). Tot die datum is er in de agrarische belangenbehartiging
sprake van een driestromenland. De grootste landbouworganisatiede Gewestelijke Land- en Tuinbouu
organisatie (glto), is de rechtsopvolger van de prestigieuse, uit 1843 daterende Zeeuwse Landbouw
Maatschappij (zlm). De tweede in grootte is de Noordbrabantse Christelijke Boerenbond (ncb), die sinds
1918 uitsluitend in Zeeuws-Vlaanderen en op Zuid-Beveland actiefis. Sedert 1991 ten slotte opereert de
Westelijke Land- en Tuinbouworganisatie (wlto) in Zeeland, vooral op Schouwen-Duiveland, Noord-Be
veland en Hooien. De wlto is ontstaan als gevolg van een fusie tussen de Rooms-Katholieke Diocesan.
Land- en Tuinbouwbond en de Hollandse Maatschappij van Landbouw. In 1995 heeft de Christelijke
Boeren- en Tuindersbond West-Nederland (cbtb) zich hierbij gevoegd. In Deel i van dit artikel wordt be
schreven hoe deze organisatorische lappendeken is ontstaan. Het accent ligt op de rol van de ncb. Z>
eerste paragraaf handelt over de totstandkoming van katholieke boerenbonden in de provincie Zeelam
tot 1917. Vervolgens komt in paragraaf twee aan de orde, hoe cle ncb zich sinds 1917 een plaats in Zee
land heeft verworven. Deel u (in de december-aflevering van zeeland) beschrijft de periode 1945-199
en gaat in op de factoren die hebben geleid tot de komst van de Zuidelijke Land- en Tuinbouworganisa
tie.
1. Katholieke boerenbonden in Zeeland naar Bra
bants model
Van 1878 tot 1895 was er overal in West-Europa
sprake van een ernstige agrarische crisis als ge
volg van scherp dalende graanprijzen. Ook bij de
Zeeuwse akkerbouwers kwam deze daling hard
aan. Overschakeling op veeteelt gaf nauwelijks
soelaas. Alleen de teelt van suikerbieten bood
nog enig perspectief. De Nederlandse overheid
hield vast aan de vrijhandelspolitiek en zag af
van protectiemaatregelen. De zlm steunde dit be
leid en zag vooral heil in uitbreiding van onder
wijs en voorlichting. De boeren moesten zo snel
mogelijk vertrouwd gemaakt worden met nieuwe
technische vindingen zoals kunstmest, machines
en zaad- en pootgoedveredeling.
Het beleid van de zlm spoorde met de liberale
stromingen in de samenleving. Het verzet tegen
de liberale geest groeide echter overal in West-
Europa. Aan de ene kant kwam de socialistische
beweging opzetten. Ongeveer tegelijkertijd ont
stonden aan de andere kant twee confessionele
maatschappelijke bewegingen van protestants-
christelijke en katholieke signatuur. De encycliek
Rerum Novarum van Paus Leo xm uit 1891 gaf de
stoot aan een (internationale katholieke bewe
ging die in principe de gehele levenssfeer van
alle katholieke gelovigen omvatte, de boeren ze
ker niet uitgezonderd.
Zo werd op 31 januari 1896 de Nederlandsche
Boerenbond opgericht als een organisatie met, in
principe, een interconfessionele signatuur. In de
praktijk was het vooral een katholieke bond die
van meet af aan nauwe banden met katholieke
politici en de clerus onderhield. Na de stichtin
van deze nationale bond kwamen overal in Ne
derland plaatselijke boerenbonden tot stand. Te
vens ontstonden in de loop van dat jaar provin
ciale boerenbonden in Noord-Brabant (ds
Noordbrabantse Christelijke Boerenbond, ncb)
Limburg, Gelderland en Noord-Holland. Zuid-
Holland, Overijssel en Utrecht volgden. Deze
provinciale bonden waren gegrondvest op de
plaatselijke boerenbonden en vormden samen,
als een nationale federatie, de Nederlandsche
Boerenbond.
Van meet af aan voerden de boerenbonden op
positie tegen de liberale koers van de overheid
en de bestaande provinciale maatschappijen van
landbouw. Ook de zlm werd in de katholieke vi
sie beschouwd als een liberaal bolwerk dat niet
het welzijn van de boeren - en al helemaal niet
van de kleine boeren - op het eerste plan had
staan, maar eerder de technische ontwikkeling
van de landbouw. Hoe heeft deze katholieke ag
rarische beweging zich in Zeeland gemanifes
teerd?
Geestelijkheid en notabelen
Het Maandblad van cle ncb meldde in mei 189"
de oprichting van twee plaatselijke boerenbon
den in Zeeland, te weten in 's-Heerenhoek en in
Graauw. De bond te Graauw hield niet lang
stand. Die te 's-Heerenhoek wel. Omdat er (nog)
geen provinciale Zeeuwse boerenbond was.
mocht de boerenbond te 's-Heerenhoek van mee
af aan rekenen op sympathie en steun van de