130 sterven in zeeland vergelijking met gegevens over de meer recente periode mogelijk wordt. De vermenigvuldigings factoren zijn berekend op basis van de verhou ding op nationaal niveau tussen de oorspronke lijke zogenaamde Tafel A en de gereviseerde versie daarvan (zie cbs, Sterftetafels voor Neder land afgeleid uit de waarnemingen over de pe riode 1931-1940's-Gravenhage 1942, blz. 57). De gegevens voor de periode 1990-1991 zijn ont leend aan J. Spijker, Quantification of regional differences in mortality in the Netherlands and other European countriesThe Hague, 1997 (doc toraal scriptie Demografie, Rijksuniversiteit Gro ningen.) 5. Zie ook Vandenbroeke et al., 1984. 6. In de nabije toekomst zal vanzelfsprekend de hoeveelheid personen waarvan we de noodzake lijke informatie bezitten, enorm toenemen, mede als gevolg van de totstandkoming van de akon. 7. Bij deze berekening worden de geborenen waarvan geen overlijden bekend is, niet meege teld (bij de eerdere en nog volgende berekenin gen wordt ervan uitgegaan dat deze kinderen alle minstens 10 jaar oud worden). De ontbrekende personen zullen bij de vrouwen voor een groter deel bestaan uit personen die nog in leven zijn dan bij de mannen het geval is. 8. Zie noot 7 voor de behandeling van de kinde ren waarover geen informatie beschikbaar is. 9. Fokker (1877), blz. 215. 10. Fokker (1877), blz. 217. 11. Fokker (1877), blz. 225. 12. Broes van Dort (1861), blz. 84. 13. De Index of Dissimilarity houdt rekening met zowel de grootte van de verschillen in sterfte tus sen groepen als met de omvang van die groepen; een kleine groep die een veel hogere sterfte kent dan andere groepen, telt daardoor minder zwaar mee bij de bepaling van de ongelijkheid in de sa menleving dan een grote groep. 14. Broes van Dort (1861), blz. vii. 15. Geboorteakten geven standaard de leeftijd van de vader (indien hij de aangever van de ge boorte was); die van de moeder werd meestal niet opgenomen. Literatuur Broes van Dort, K. Bijdrage tot de kennis van de sterfte der gemeente Goes en van den gemiddel den en waarschijnlijken levensduur barer inwo ners gedurende 1830-59. Goes 1861. Coronel, S. Sr., Middelburg voorheen en thans. Middelburg 1859. Fokker, A.P. 'De volksvoeding in Zeeland'. Neder lands Tijdschrift voor Geneeskundetweede afde ling, 21 (1877)'195-240. Giele, J.J. en G.J. van Oenen. 'De sociale struk- tuur van de Nederlandse samenleving rond 1850 Mededelingen van de Nederlandse Vereniging voor Sociale Geschiedenis 45 (1974) 2-32. H [pseudoniem DJ. Helderman], 'De kindersterfte te Wissenkerke op Noord-Beveland'. Nederlands Tijdschrift voor Geneeskundeeerste afdeling, 1 (1875) 45-58. Hofstee, E.W. 'Regionale sterfteverschillen'. Diffe rentiële sterfte (uitgave Vereniging voor Demogra fie), blz. 9-21. 's-Gravenhage 1958. Hofstee, E.W. De demografische ontwikkeling van Nederland in de eerste helft van de negentiendt eeuw. Een historisch-demografische en sociologi sche studie. Deventer 1978. Hofstee, E.W. 'Geboorten, zuigelingenvoeding en zuigelingensterfte in hun regionale verscheiden heid in de 19e eeuw'. In: Bevolking en Gezin, Supplement 1983, 7-60. Houwaart, E.S., De hygiënisten; Artsen, staat en volksgezondheid in Nederland 1840-1890. 199' (dissertatie Universiteit van Maastricht). Jansen, P.C. 'Demografie in Nederland'. Kleio 2 (1979) 353-357. Jansen, P.C. en J.M.M. de Meere. 'Het sterftepa- troon in Amsterdam 1774-1930; Een analyse var de doodsoorzaken'. Tijdschrift voor sociale ge schiedenis 8 (1982) 180-223. De Jonge, J.A. De industrialisatie in Nederland tussen 1850 en 1914. Amsterdam 1968 (tweede druk Nijmegen 1976). Mackenbach J.P. and A.E. Kunst. 'Measuring the magnitude of socio-economic inequalities ir health: an overview of available measures illustra ted with two examples from Europe'. Socia' Science and Medicine 44 (1997) 757-771. Perrenoud, A. 'Child mortality in Francophone Europe: State of Knowledge'. In: A. Bideau, B Desjardins and H. Pérez-Brignoli, Infant and Child mortality in the past, Oxford 1997, 22-37. Van Poppel, F. 'Overleven in Utrecht; Levensduui en sociale ongelijkheid in negentiencle-eeuwse geboortegeneraties'. In: De levensloop van dt Utrechtse bevolking in de 19e eeuw. Redactie K. Mandemakers en O. Boonstra. Assen 1995. Tabeau, E., F. Willekens en F. van Poppel. Morta lity in the Netherlands: The data base. Den Haag 1994. Vandenbroeke, C., F. van Poppel en A.M. van der Woutie. 'Le développement séculaire de la morta- lité aux jeunes ages dans le territoire du Bénélux'. In: Annates de Démographie Historique. Paris 1984, 257-289. Vooys, A.C. de. 'De sterfte in Nederland in het midden der 19e eeuw: een demogeografische studie'. Tijdschrift van het knag 68 (1951) 233-271.

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeland | 1998 | | pagina 56