varen en vechten 1Ó7
maar het is natuurlijk de vraag of deze basis wel
betrouwbaar is. Zo valt niet met zekerheid vast te
stellen of de in de rekeningen vermelde totalen
van brood en wijn inderdaad volledig voor het
aangegeven doel zijn benut. Was er via kerkelijke
inschrijvingsregisters voor geen enkele stad meer
zekerheid te verkrijgen?
In zijn boek behandelt Kluiver tot in detail de
ontwikkelingen in de heffing van convooien en
licenten; aan de hand van omvangrijk cijfermate
riaal - dat ongetwijfeld met geduldig speurwerk
vergaard werd - laat hij zien hoe de fiscale impli
caties van de vredesregeling voor Zeeland van
het grootste belang waren. Er is hier sprake van
een lastige problematiek, die een zorgvuldige le
zing vereist. Bovendien is het hele boek door
spekt met veelal lange citaten uit resoluties, notu
len van de Zeeuwse Staten, briefwisselingen en
pamfletten. Ofschoon deze oorspronkelijke tek
sten de Zeeuwse opinies kernachtig verwoorden,
moet hierbij worden aangetekend dat de lezer
soms aan zijn lot wordt overgelaten als het om de
interpretatie gaat. Hij dient dan zelf zijn conclu
sies te trekken, maar dat valt niet gemakkelijk,
aangezien het zeventiende-eeuwse taaleigen ver
van het huidige afstaat. Daarbij komt dan nog dat
de interpunctie kennelijk is weergegeven zoals
die in de oorspronkelijke bronnen werd aange
troffen. Zo zijn de citaten op pagina 90 en 195
d'inhout van in duistere taal gesteld en
voor een doorsnee-historicus moeilijk te begrij
pen. De indeling van het boek is overzichtelijk,
maar de lectuur zou vergemakkelijkt zijn wan
neer de auteur meer interne verwijzingen naar
cruciale punten in het voorgaande betoog had
opgenomen.
In zijn notenapparaat beperkt Kluiver zich
voornamelijk tot verwijzingen naar primair bron
nenmateriaal. Vermelding van de algemene, se
cundaire literatuur die over dit tijdvak handelt,
blijft meestal achterwege, tenzij er nadrukkelijk
afstand van wordt genomen. Deze werkwijze valt
zeker te billijken aangezien de lezer nu veel beter
kan nagaan hoe de visies in dit boek zijn onder
bouwd. De verkorte titels van enkele studies, zo
als de door Kluiver zelf uitgegeven en in dit
proefschrift herhaaldelijk geciteerde correspon
dentie van de Middelburgse magistraat Henclrick
Thibaut Nederlandse Historische Bronnen uitge
geven door het Nederlands Historisch Genoot
schap x, 's-Gravenhage 1992, p. 33-97), zijn in de
algemene literatuurlijst niet terug te vinden. Ten
slotte moet vermeld worden dat ook aan de
vormgeving van deze uitgave grote zorg is be
steed. In dit verband wijs ik graag op de illustra
ties, die niet alleen goed zijn gekozen, maar ook
Afb. 3- Johan de Knuyt naar een gravure van Franse
origine, 1648. Volgens Kluiver heeft de Franse tekenaar
getracht hebzucht en onbetrouwbaarheid in het portret
tot uitdrukking te brengen (raz, zc, Zei. 111. iv 533).
prachtig afgedrukt. Zo staan er in het boek twee
portretten van plenipotentiaris Johan de Knuyt,
één met een neutrale gelaatsuitdrukking en een
tweede, waarin de kunstenaar volgens Kluiver De
Knuyts hebzucht en onbetrouwbaarheid tot uit
drukking heeft willen brengen (p. 163 en 215).
Samenvattend kan gesteld worden dat het hier
gaat om een belangrijke, zorgvuldig opgebouwde
en goed geschreven studie op grond van speci
fiek Zeeuws bronnenmateriaal, dat in veel geval
len onuitgegeven is en met gegevens uit een hele
reeks van niet-Zeeuwse bronnen aangevuld
wordt; op vele punten wordt het beeld van Zee-
lands optreden tijdens de Tachtigjarige Oorlog
aangepast en genuanceerd.
J.H. Kluiver, De souvereine en independente staat
Zeeland; De politiek van de provincie Zeeland in
zake vredesonderhandelingen met Spanje tijdens
de Tachtigjarige Oorlog tegen de achtergrond van
de positie van Zeeland in de Republiek. Dissertatie
Universiteit Utrecht, Middelburg (Uitgeverij De
Zwarte Arend) 1998. 296 Blz. Isbn 90-804263-1-8.
Prijs: 49,50.