ZEEUWSE BOERENERVEN
149
Afb. 2. Zeeuwse boeren
tuin in kruisvorm. Holle-
stellepolder, Ovezande (fo
to collectie auteur).
huis zijn ook de bakkeet en de woonkeet, al dan
niet gecombineerd. In de bakkeet werden brood
en soms bolussen gebakken en de hammen hin
gen er in de schouw, terwijl er meestal een
aparte voorziening was om de varkenspetaten te
koken. De woonkeet fungeerde soms als zomer
huis of als onderkomen voor de knecht. Aan de
voorkant, en vaak ook aan de zijkanten, van het
huis liggen de tuinen. Soms was dat een gecom
bineerde bloemen- en moestuin - de klassieke
boerentuin zoals die overal in Nederland voor
komt. Deze tuin is meestal in kruisvorm aange
legd. Achiel Sturm, een bejaarde boer uit de
buurt van Aardenburg, beschrijft zijn oude tuin in
zijn boek Van paarden naar paardekracht-, 'Voor
het woonhuis lag d'n 'of, een groenten- annex
bloementuin die grotendeels door de vrouwen
verzorgd werd. Hij was ongeveer 40 bij 50 meter
en werd door een kruispad in vier stukken ver
deeld. In het midden lag een rozenperk. Naast de
voetpaden lagen bloemperken van ongeveer 75
cm. breed, omrand met kerkpalm, buxus. Het is
bijna niet te schatten, maar ik denk dat er in die
perken toch wel honderd verschillende bloemen
en planten stonden'3. Soms, als de bewoners veel
om status gaven, werden er aparte moes- en sier-
tuinen aangelegd. Een enkele keer tref je zelfs
naast de klassieke moes- en siertuin een voor het
woonhuis aangelegde parkachtige tuin aan in
landschapsstijl.
In Zeeland is, behalve op Walcheren, de kruis
vorm de meest gebruikelijke vorm van de boe
rentuin. Deze is geënt op de kloostertuin, waarin
de kruisvormige inrichting een verwijzing naar
het kruis van Christus was. Indirect heeft de
kruisvorm in de boerentuin dus een christelijke
symboliek. Op Walcheren is de kruisvorm in de
boerentuin niet gebruikelijk. Dat heeft ongetwij
feld te maken met de Reformatie. In Zeeland liep
Walcheren niet alleen voorop in de Reformatie,
men was en bleef er rechtzinniger in cle protes
tante leer. Dat betekende lange tijd dat kruisen in
kerken en elders taboe waren; die waren immers
symbolisch voor 'paapse afgoderij'. Elders in Zee
land was men meestal wat rekkelijker. In ieder
geval ging men niet zover dat de kruisvorm van
de boerentuin als een rooms-katholiek symbool
gezien werd. Elders in Nederland is, net als in het
Zeeuwse, in de zwaardere protestante streken
(zoals in de Alblasserwaard en in de Krimpener-
waard) de kruisvorm in de boerentuin verdwe
nen, terwijl in de omliggende regio's die wat lich
ter in de leer waren, de kruisvorm gebleven is.
De erven in Zeeland zijn groot. Behalve de
reeds genoemde elementen maakte meestal de
huisboomgaard er deel van uit. De huisboom
gaard heeft omstreeks 1850 in Zeeland zijn entree
gemaakt en zich via onze provincie over de rest
van Nederland verspreid. Zo'n boomgaard, van
ouds beplant met hoogstamfruit, diende tevens
als weide voor het vee (boomweide). Was er
geen hoogstam, dan liepen er in ieder geval kip
pen rond. Het fruit bestond uit appels en peren,
pruimen en vele soorten klein fruit. Een moerbei
boom stond vaak in de siertuin - niet in de
boomgaard. Een mispel stond op een vochtige
plaats, vaak in de buurt van de mestvaalt. Kerse
bomen waren vaak dicht bij het huis geplant; dan
kon je de spreeuwen en andere vogels beter
wegjagen. Soms stond er aan de zuidkant van het
huis een lei-boom met abrikozen of perziken.
Een enkele maal tref je, vooral bij oude boerde
rijen, nog wel eens een druif aan de zuidkant
(van deze vrucht werd azijn ten behoeve van de