TEN GELEII
maken - en te houden - moet in de natuurlijke
processen worden ingegrepen door middel van
bedijking en waterbeheersing. Maar elke ingreep
in de natuur roept tegenkrachten op. Geen en
kele oplossing is daarom absoluut voldoende en
definitief.
De kentering in de opvatting inzake de wense
lijkheid van een harde scheiding tussen mens en
zee trad reeds tijdens de uitvoering van de Delta
werken op. De aanleg van een gesloten dam in
de Oosterschelde, waartoe oorspronkelijk beslo
ten was, zou ernstige gevolgen hebben voor het
waardevolle natuurlijk milieu in deze zeearm.
Deze gevolgen werden zo ingrijpend geacht, dat
het besluit werd genomen om een stormvloedke
ring te bouwen. Hiermee was - letterlijk - een
opening gekomen in de harde scheiding. De zee
werd niet langer uitsluitend als een vijand be
schouwd, maar ook als een zegen gezien, en zij
werd voorzichtig weer binnengehaald.
In de jaren na de voltooiing van het Deltaplan
bleken meer aanpassingen van het beleid nood
zakelijk te zijn. Hieraan liggen drie oorzaken ten
grondslag: onvoorziene effecten van de uitge
voerde werken, planning van nieuwe infrastruc
tuur en veranderende opvattingen over water- en
kustbeheer.
De harde scheiding tussen zee en Deltawa
teren, alsmede tussen de wateren onderling,
bleek niet in alle opzichten een doorslaand suc
ces te zijn. Wat de Grevelingen betreft, werd uit
eindelijk voor een zout milieu gekozen, en ten
behoeve van de handhaving van een goede kwa
liteit van dit milieu bleek een zekere doorstro
ming vanuit zee noodzakelijk. Het brakke Veerse
Meer kreeg te kampen met problemen op het ge
bied van de waterkwaliteit. En de Oosterschelde,
het paradepaardje van het natuurbeheer in het
Deltagebied, blijkt te lijden aan 'zandhonger': de
zo gekoesterde slikken, platen en schorren ver
dwijnen geleidelijk in de diepte. Een nieuwe
bezinning op het beheer van de Deltawateren is
geboden.
Nieuwe infrastructurele werken missen hun uit
werking op de natuurlijke rijkdommen van de
Zeeuwse wateren niet. Dit speelt het sterkst bij
de toekomstige grote werken in de Wester-
schelde: de verdieping ten behoeve van de
scheepvaart naar Antwerpen en de bouw van de
Westerscheldetunnel. Deze ingrepen vragen om
aanpassingen in de inrichting en het beheer van
de wateren.
De ingrijpendste koerswijzigingen in het be
heer komen echter voort uit de veranderende op
vattingen over de verhouding tussen de Neder
landers en hun aloude biotoop: het water. Zoals
hierboven reeds werd opgemerkt, manifesteerd
deze wending zich reeds tijdens de uitvoerim
van de Deltawerken. Steeds sterker dringt de op
vatting door, dat de orthodoxe regel 'het water
buiten, de mens binnen' niet zonder meer kar
worden gehandhaafd. De harde grenzen verbre
ken niet alleen de relaties tussen de verschillende
natuurlijke milieus, ze laten ook te weinig ruimte
voor natuurlijke ontwikkeling en nopen tot steed
ingrijpender maatregelen. Duinen worden ver
vangen door zeeweringen van beton en asfalt. De
voortgaande ontwatering van de polders leidt er
toe dat de bodem er steeds verder wegzakt. He
gebied van de grote rivieren is steeds slechter ii
staat om grote watervloeden te verwerken. Een
gevolg van een en ander is, dat we steeds minder
ruimte overhouden om onze toch al zo klein 1
voorraad zoet water te bergen. Deze factoren nc -
pen tot bezinning.
Nieuwe opvattingen, die in de richting gaan
van een dynamischer kust- en waterbeheer, zijn
de afgelopen jaren ter discussie gebracht. Het
streven is thans, de krachten van de natuur meer
ruimte te geven en in te spelen op de dynamie v
van de natuur. Dit 'meebewegen met het wate
vergt een andere aanpak en, vooral, een nieuw
denkwijze.
De redactie van Zeeland biedt de deskundigen
van de dienst Rijkswaterstaat graag cle gelegen
heid. de nieuwe denkbeelden omtrent water- en
kustbeheer, de Zeeuwse Delta, het binnenwater
en het landschap toe te lichten en de lijnen naar
de toekomst door te trekken. Dit themanumme
van Zeeland is ook een uitnodiging aan de leze
om mee te denken over de veranderende opvat
tingen inzake waterbeheer, die erop neerkomei
dat het water niet langer alleen als vijand maar
ook als vriend en bondgenoot wordt beschouwd.
De redactie hoopt met cle in deze aflevering bij
eengebrachte artikelen een bijdrage te leverei
aan de gedachtenwisseling over deze boeiend:
en voor Zeeland zo belangrijke problematiek.
De redactie