.'ATKR VERDIENT RUIMTE
31
worden: oplossingen op de ene plaats mogen
niet leiden tot problemen elders. Er dient ruimte
\oor water te worden gecreëerd: water als orde
rend principe voor de ruimtelijke inrichting, wer
ken aan veerkrachtige watersystemen, aanwijzing
van wateropvanggebieden. Regionaal maatwerk
is geboden, oftewel: een gebiedsgerichte benade
ring en een integrale aanpak. Garanties bestaan
niet: wateroverlast kan nooit voor honderd pro-
ent worden voorkomen.
De waterketen: binnendijks
Vele waterschappen in Nederland hebben zich
bezonnen op hun rol en positie in het moderne
waterbeheer. In de geest van de vierde Nota Wa-
terhuishouding wordt de uitvoering van de tradi
tionele waterschapsrol aangevuld met nieuwe ta
ken.
In Zeeland is in 1994 door het samenvoegen
an de waterschappen ten noorden van de Wes-
terschelde het waterschap De Zeeuwse Eilanden
ontstaan. In Zeeuwsch-Vlaanderen worden de
waterschappen vanaf 1999 samengevoegd. Gro-
lere waterschappen bieden meer armslag voor
het uitstippelen en uitvoeren van beleid dat aan-
luit bij nationale kaders. Het Masterplan 2007 uit
997 wordt door het waterschap De Zeeuwse Ei
landen gehanteerd als beleidskader voor de toe-
.omstige rol van het waterschap. Het waterschap
is van oudsher een functioneel bestuur, dat zijn
>estaansrecht dankt aan taken die ten behoeve
an de samenleving worden uitgevoerd. Wanneer
maatschappelijke belangen veranderen, is her
oriëntatie nodig. In het masterplan worden de
ïoofdlijnen gevormd door optimalisering van de
taakuitoefening, versterking van de maatschappe-
ijka positie van het functionele bestuur en kos
tenreductie voor burgers en bedrijven.
Extreme neerslag en de daarmee gepaard
;aande wateroverlast zijn een impuls om iets van
genoemd kader nader in te vullen. Bij de evalu-
tie van de periode van wateroverlast heeft het
waterschap De Zeeuwse Eilanden zich niet be-
rerkt tot een operationele aanpak van de calami
teit. Het besef dringt door dat verschijnselen als
wateroverlast en watertekort minder extreem,
maar toch vaker dan voorheen kunnen optreden.
De ongewenste gevolgen voor bewoners en ge
bruikers van het land dwingen tot vooruitzien.
Uert reageren is mogelijk door te anticiperen op
tntwikkelingen.
De rol van de provincies moet sturend zijn: het
nel op een rij zetten van kansen en het - na lan
delijk gecoördineerde besluitvorming - adequaat
aanpassen van de provinciale omgevingsplannen,
net name het streekplan. Integratie van de water-
tuishouding in streekplannen is de op regionale
maat toegesneden afweging van belangen van
water ten opzichte van de functionele (toekom
stige) inrichting van het gebied. Om de in de
vierde Nota Waterhuishouding neergelegde doel
stelling te kunnen bereiken dienen rijk, provin
cies, waterschappen en gemeenten samen te wer
ken. De recente wateroverlast heeft dit punt
opnieuw op de maatschappelijke en politieke
agenda geplaatst. Als direct gevolg hiervan wor
den kaarten opgesteld waarop zowel knelpunten
als kansen worden aangegeven. De maatschap
pelijke bereidheid tot het nemen van besluiten
die vérstrekkend ingrijpen in de huidige inrich
ting van Nederland is beperkt, maar biedt wel
ruimte voor discussie.
Voor de provincie Zeeland vormen de proble
men ten gevolge van extreme neerslag des te
meer reden om 'ruimte voor water' en 'water als
ordenend principe' meer gestalte te geven in het
op te stellen tweede Provinciaal Waterhuishou
dingsplan. Een hydrologische knelpunten- en
kansenkaart biedt mogelijkheden om een relatie
te leggen met huidige en potentiële functies - en
de gevoeligheid daarvan van wateroverlast en
watertekort. Herschikking van functies, waardoor
deze gevoeligheid afneemt, kan meer rek, meer
veerkracht in het binnendijks watersysteem bren
gen. Er moet een grotere bergingscapaciteit wor
den gecreëerd door het voeren van een samen
hangend beheer van het grondwaterpeil en door
het aanwijzen van opvanggebieden of, in ex
treme omstandigheden, overstromingsgebieden.
Ook is, voor tijden van watertekort, meer aan
dacht voor het zoeken naar reservoirs voor zoet
water geboden. De rol van zoetwaterbellen tegen
verzilting is de moeite van nadere studie waard.
In Zuid-Holland is de fusiedrang onder water
schappen en hoogheemraadschappen minder uit
gesproken. Toch hebben daar de Zuid-Hollandse
Waterschapsbond en de provincie Zuid-Holland
elkaar gevonden in een gezamenlijke visie op de
waterhuishouding van de volgende eeuw, die is
neergelegd in de zojuist verschenen nota Brui
send Water (1999). Een betere afstemming van
water en ruimtelijke ordening kan worden bereikt
door het opstellen van een waterkansenkaart en
poldervisies. In zo'n poldervisie komen onder
meer veiligheid, zoetwateraanvoer, wateropslag
en waterkwaliteit aan de orde. De nota laat zien
hoe het waterbeheer kan inspelen op de be
hoefte aan leefbare ruimte in een veilige omge
ving. Een actieve, anticiperende rol is noodzake
lijk. De nota geeft een aanzet voor een meer
sturende rol van het water, en wel door het for
muleren van beleidsmatige acties. Voor uitvoering
van de plannen is de ontwikkeling van een toet
singskader en een planologisch en/of juridisch in
strumentarium vereist.