62
JAN PERSANT SNOR
getrokken waarbij de vier onderbindingsdraden
buiten de wond bleven. Patiënt en operateur
hadden geluk, de onvermijdelijk intredende
wondinfectie was niet kwaadaardig. Nadat de
laatste onderbindingsdraad was verwijderd genas
de wond spontaan en kon de patiënt drie weken
later uit de behandeling worden ontslagen.
In de Provinciale verslagen over de jaren 1859
tot en met 1865 is onder het hoofdstuk "Medische
politie" een tabel opgenomen waarvan kolom 11
en 12 per gemeente nadere medische bijzonder
heden vermelden.38 Volgens deze kolommen, die,
wat de gemeente Wolfaartsdijk betreft, in vergelij
king met andere Zeeuwse gemeenten opvallend
uitgebreid zijn, werd in Wolfaartsdijk in 1859 drie
maal een hazenlip gecorrigeerd en drie maal een
troebele ooglens cataractverwijderd, in 1863
werd een onderbeen geamputeerd en in 1864
een liesbreuk geopereerd; heelkundige ingrepen
die nu uitsluitend door specialisten onder narcose
in een ziekenhuis worden uitgevoerd. Te beden
ken valt dat de toenmalige plattelandsheelmees-
ters met de rug tegen de muur stonden: een be
klemde breuk leidde via een beschadiging van de
darmwand onherroepelijk tot de dood, een niet
geopereerde staarpatiënt bleef blind, terwijl het
(slechte) cosmetisch resultaat na Snoeps hazen
lipcorrectie beter zal zijn geweest dan zonder
correctie. Bovendien: naar wie had Snoep moe
ten verwijzen? De chirurg uit het Middelburgse
Gasthuis J.E. Risseeuw Jz.® had dezelfde oplei
ding gehad, dezelfde examens afgelegd en de
zelfde bevoegdheid als hij.
Snoep als verloskundige
Bovengenoemde Provinciale jaarverslagen geven
ook een goed beeld van Snoeps verloskundige
verrichtingen. In de periode 1859 tot en met 1865
werd in de gemeente Wolfaartsdijk, waar geen
vroedvrouw was gevestigd, zijn hulp gemiddeld
vijf keer per jaar ingeroepen voor een miskraam,
drie keer per jaar voor een ontijdige bevalling en
102 keer per jaar voor een bevalling na een vol
dragen zwangerschap. Van deze 102 a terme be
vallingen verliep 83% spontaan, in 17% werd de
baring kunstmatig beëindigd. Gemiddeld vijf keer
per jaar resulteerde een d terme bevalling in de
geboorte van een dood kind.
Gemiddeld 16 keer per jaar werd een vrouw
kunstmatig verlost door middel van een tang en
één a twee keer per jaar door middel van een ke
ring - waarbij het kind, dat normaal met het
hoofd naar beneden ligt, wordt gekeerd en ver
volgens aan voeten en romp naar buiten getrok
ken.10
Gemiddeld één keer per twee jaar overleed
een vrouw aan kraamvrouwenkoorts. Of, en zo ja
hoe vaak, vrouwen overleden zijn aan bloedstor
ting en zwangerschapsvergiftiging is niet bekent
Vergelijken we deze cijfers met de landelijke Ne
derlandse cijfers uit 1993 dan blijkt dat het aant
bevallingen dat kunstmatig wordt beëindigd var.
17% naar 19% is gestegen maar dat de wijze
waarop dit gebeurt radicaal is gewijzigd. Door t
vervanging van de, voor moeder en kind uiter
riskante, kering en de al even gevaarlijke hog
tang en middentang door de risico-arme keize -
snede, vacuüm-extractie en (uitgangs-)tang is c
kinderlijke sterfte tot een tiende van de toenm
lige sterfte teruggebracht. In 1993 was in heel Nc -
derland het aantal doodgeborenen, vermeerder I
met het aantal overledenen in de eerste leven
week, acht per duizend levendgeborenen." I
Snoeps praktijk was alleen het aantal doodgebc
renen al vijf per honderd.
Nog sterker dan de kinderlijke sterfte is cl
moederlijke sterfte verbeterd. In 1870 overlede
in de provincie Zeeland 42 vrouwen aan "ee
ziekte van het kraambed".42 In 1996 overleden i
heel Nederland aan alle complicaties van zwan
gerschap, bevalling en kraambed 26 vrouwen.'13
Snoep als wetenschapper
Om het wetenschappelijke gehalte van Snoep ti
vergelijken met die van zijn tijdgenoten zijn hui
publicaties geteld voorzover die opgenomen ziji
in de, in 1848 ingestelde, bibliotheek van d<
"Vereeniging van Genees- en Heelkundigen ii
Zeeland". In de jaren 1838, 1848, 1858 en 186-
waren in de provincie Zeeland in totaal 282 al
zonderlijke medische beroepsbeoefenaren geve-
tigd. Een kwart van hen waren gepromoveerden
drie kwart heel- en vroedmeesters." Van 12 van
de 69 gepromoveerden is niets opgenomen, v;
32 alleen hun proefschrift en van 25 (36%) twi
of meer publicaties. De drie nijversten onder c
gepromoveerden, alle drie Middelburgers, wart
dr. S.S. Coronel met 37, dr. J.C. de Man met 34 t n
dr. A.A. Fokker met 22 publicaties.
Van de 213 heel- en vroedmeesters is van 193
geen enkel geschrift opgenomen in" de boeke j
van de Afdeling Zeeland, van 13 slechts één t i
van acht (4%) twee of meer geschriften. De li
wordt aangevoerd door Snoep met 14, J.H. va
Opdorp uit Arnemuiden met acht en A. Walrave1
uit Hoek met vijf publicaties.45 Van Snoeps publ
caties hebben twee geen medisch onderwerp,
tien zijn beschrijvingen van bijzondere ziektege
vallen en twee zijn algemene beschouwingen
over breukbeklemming en het opwekken van
kunstmatige vroeggeboorte bij bekkenvernau
wing. Op één na zijn al Snoeps publicaties verlo
ren gegaan.