132
DE SINT-PIETERSKERK TE MIDDELBURG
16. I. Feltig, Rapport over cle vicariegelden, in
hun verband met de andere geestelijke goederen
in Zeeland.
17. De Sint Pieter heeft in 1778 768 'goede' zit
plaatsen, de Nieuwe Kerk 711, de Koorkerk 512
en de Oostkerk 683-
18. Volgens Dupon wordt in 1624 de regenbak
voor het eerst verhuurd.
19. I.H. Vogel-Wessels Boer, Het praalgraf van de
gebroeders Cornelis en Johan Evertsen, Bulletin
Stichting Oude Zeeuwse Kerken. 1988/20.
20. C.G. van Aalst, Oosterlingen in oude handels
stad: het gezantschap van sultan Alaoedin, De
Wete1994/4.
21. Voor de wapenborden werden verschillende
tarieven gevraagd: voor wapen hangende in een
bord met 'quartieren, degen en sporen', £25;
voor enkel wapen hangende in een bord,
£16:13:4; voor enkel wapen hangende zonder
bord, £12. In de Oostkerk moet voor ieder rouw-
bord £25 worden betaald. Jaarlijks diende er nog
10 schellingen voor ieder bord betaald te wor
den.
22. ZA handschriftenverzameling nr 890. In de
Nieuwe Kerk hingen 81 rouwborden, in de Koor
kerk 110 en de Oostkerk 57.
23. J.H. Schorer, Dagboek van Jacob Hendrik
Schorer 28 juli 1809 - 6 december 1810, ed. W.D.
de Bruine, Archief ZG. 1963-
24. ZB, handschriften nr. 3975, brief d.d. 26 jan.
1816 van N.C. Lambrechtsen aan kerkmeesters.
25. ARA. Nederlands-Hervormde Eeredienst nr.
396.
26. Afbraak Oude Kerk zie: Paspoort, De Noord
monsterDe Mol, Een historisch plekjeMiddel-
hurgsche Courant, 28 november, 3, 10 en 14 de
cember 1833-
27. In de collecties van het Zeeuws Genootschap
bevinden zich verschillende voorwerpen afkom
stig uit de Oude Kerk: grafsteen; gedenksteen
(zie G.G. Trimpe Burger-Mekking, Een herden
kingssteen uit de Sint Pieterskerk te Middelburg,
Zeeland, 7/1); zandloper; fragment van het epi
taaf van Johannes Boreel: een halswervel en twee
voetbeentjes van een van de Evertsen (zie C.E.
Zonnevylle-Heyning, 'Toont, Zeeuwen! mij dei-
helden asch'; over de stoffelijke resten van de ge
broeders Evertsen, Zeeland, 8/3); haarlokken van
Cornelis en Johan Evertsen (zie Zonnevylle).
28. H. Jantzen, Das Niederlandische Architektur-
bild, Braunschweig 1979- In dit boek worden en
kele schilderijen door Daniël de Blieck met als
voorstelling het interieur van de Sint-Pieterskerk
genoemd. Van twee, de nummers 54b en 91, zijn
foto's beschikbaar. Uit archiefstukken is bekend
waar de preekstoel stond, hoe deze er ongeveer
uitzag en dat een orgel ontbrak. Gezien deze ge
gevens en vergelijking van de foto's met beeld
materiaal van de Oude Kerk kan geconstateerd
worden dat dit foute toeschrijvingen zijn.
29. Gegevens De Blieck ontleend aan: Edv in
Buijsen, Het 'archief van een architectuurschilc er.
Een tekenboekje van Daniël de Blieck, Anti 'k,
1995/2; Catalogus, Perspectieven, Saenredam en
de architectuurschilders van de 17e eeuw, Rotter
dam, 1991H.W. Jacobi, De mechanisatie van 1 et
Zeeuwse Muntbedrijf in 1671, Archief ZG, 1982
30. J.C. de Jonge, Levensbeschrijving van Johan
en Cornelis Evertsen, luitenant-admiralen van
Zeeland, 's-Gravenhage, 1820.
31. De tekeningen van de Zeeuwse Munt ben s-
ten in de Zelandia Illustrata waar ook de vei
gende tekeningen van De Blieck te vinden zi n:
ontwerp voor een penning van het schrijnw r-
kersgilde (1655); ontwerp voor een gobelin be
hangsel (1664); Hof tot Poppendamme (166
blad met vier schetsen van de positie van de E 1-
gelse en Staatse vloot (1666).
32. Met name voor wat het bouwkundig gedeeite
betreft heeft de auteur bijstand ondervonden v in
dr. C.A. van Swigchem, waarvoor zij hem dankt
33- Paspoort, De Noordmonster, p. 6.
34. Travee: geveleenheid afgebakend door pijk rs
of steunberen.
35. Wellicht is dit de Sint-Joriskapel waar in 1609
zitplaatsen voor de weeskinderen zijn gemaa t.
Waarschijnlijk zitten ze hier nog in 1806. Ome at
de kinderen de predikant slecht konden verstaan
en er toch veel stoelen leeg stonden, krijgen :e
in dat jaar zitplaatsen meer naar voren. ZA, ar
chief van de Godshuizen no. 1585.2
36. In 1800 bevonden zich nog vier gebrandsch 1-
clerde ramen in liet koor: schoenmakersgik
(I669), broodbakkersgilde (1671), metselaars-,
loodgieters- en schaliedekkersgilde (1657) en tim
mermansgilde (1620). Elders in de kerk waren
nog ramen aanwezig van onder andere het zijdt -.
wollenlakenkopersgilde en kramersgilde (1691
kuipergilde, smitsgilde (1697) en schrijnwerkei s-
gilde.
37. Paspoort beschrijft in De Noordmonster c;e
Pieterskerk op p. 2 en 6 als volgt: 'Het Gebouw
zelve, is eene kolossale Kruiskerk met twee
kapellen ter zijde en een Choor Hetwelk (h 1
kerkgebouw) zoo binnen als buiten onderschei
dene kenteekenen draagt, herhaalde malen he -
bouwd, en nog slechts ten deele te zijn afg -
werkt.'
38. Korbeel: schuin ingezette balk die dient 011
een constructie te verstijven.
39. Gording: horizontaal element in een kap di -
nencle ter verstijving in de lengterichting t n
waarop dak- of gewelfhout zijn gehecht.
40. Triforium: gang uitgespaard in de muurdikie
boven de scheibogen van een basiliek en op h t
schip geopend.
41. In de jaren 1606 en 1607 is door de stad
115:11:11 uitbetaald aan twee schrijnwerkers
voor het maken van 'sittinghe' in de Sint-Pietem-
kerk.