WALCHEREN IN DE FRANSE TIJD 143 F.\en dreigt nog een opstand van matrozen, die zi h ontslagen achten en nu hun gages opeisen. Een particulier, een zekere Louisse, zorgt voor de bt nodigde financiën. In Zeeland heerst tevredenheid; de autonomie van de provincie was immers gered. In Parijs echter is men in het geheel niet tevreden. Ook in Den Haag is er kritiek. Het is daar opgevallen dat di oude regering in Zeeland is gehandhaafd. M en dringt er bij Parijs op aan 'een gedugte le ge rmacht te vestigen en de municipaliteit van Middelburg niet te vertrouwen die immers h; dden trouw gezworen aan de dwingeland de stadhouder'1. Parijs heeft met dat verzoek geen probleem; weldra zijn er 9.000 man in Zeeland, w tarvan 4.000 in Walcheren, met als gevolgen: willekeurige inkwartiering, hoge onderhoudskos ten en geen inkomsten uit de handel. Het provin ciaal bestuur beklaagt zich over deze wantoestan den. Nog in het zelfde jaar wordt het provinciale be st aur vervangen door 'de provisionele represen- t: nten van het Volk van Zeeland". Bij de af te leggen eed moest men zich uitspreken tegen de siadhouder en voor Vrijheid, Gelijkheid en Bur gerlijke rechten. Pas in 1798 verliest Zeeland zijn si >uvereiniteit en gaat de provincie definitief op ii de Bataafse Republiek. I et verdrag van Den Haag be vredesonderhandelingen in Parijs duren in- n iddels voort. Het belang van Walcheren moge h ijken uit het volgende citaat uit de Parijse cor respondentie. 'Het is maar een smalle strook grond, maar voor Frankrijk van groter nut dan de aanwinst van een uitgestrekt land. Aan land geen gebrek, maar wel aan een haven aan de zee". I at is voor de Zeeuwen onaanvaardbaar, want 't vee van de aanzienlijkste landstreken, de wieg en bakermat van onze zeehelden, de beste zee haven en dok, zouden we dat prijs geven? Ook nu vaardigt men een eigen delegatie, bestaande uit de oud-pensionaris van Middelburg Ermerins en de Franse predikant L'Ange uit Middelburg, af om de Zeeuwse zaak persoonlijk te gaan beplei- ti n. Het voorstel om ook deze afvaardiging toe te 1; ten, doet een aantal deputé's in woede ontste ken en de onderhandelingen worden verplaatst raar Den Haag. Daar wordt het verdrag van Den I aag in mei 1795 ondertekend. Dit verdrag laat de soevereiniteit van de Ba taafse Republiek ongemoeid. De Republiek moet I ij dat verdrag honderd miljoen gulden betalen an Frankrijk in ruil voor de wederzijdse erken- i ing en als vergoeding voor de legering van troe pen. Men krijgt gelegenheid een eigen grondwet te maken naar Frans model. Zeeland blijft wel als autonoom gewest deel uitmaken van de Bataafse Republiek, maar er komt een legering van een Frans garnizoen in Vlissingen en 'de haven van Vlissingen zal met alle vrijheid voor de beide vol ken gemeen zijn. In Vlissingen krijgt iedere natie zijn eigen arsenalen en magazijnen; voor beider gebruik de haven en het dok voor het bouwen van schepen". Zo komt Vlissingen vanaf 16 mei 1795 onder co-territorialiteit. Is de tekst van het verdrag van wege de formele gelijkwaardigheid nog enigszins redelijk te noemen, de praktijk van de naleving ervan is dat absoluut niet. De Fransen beschou wen deze regeling als een vorm van bezetting van geheel Walcheren. Het vee wordt geslacht, de weiden willekeurig gebruikt voor exercitie, de vruchten vernield, vrouwen en kinderen mishan deld en landlieden van huis en hof verdreven, buitenverblijven met geweld ingepikt en beurt schepen aangehouden. De vreugde over de Franse bevrijding daalt al snel. Den Haag doet zijn beklag in Parijs. Dan volgt weer een lange periode van onderhandelin gen. In Frankrijk zelf verandert er veel. Generaal Bonaparte wordt eerste consul en later keizer; dit is het einde van de revolutie en het begin van de dictatuur. Tenslotte komt er juni 1803 een nieuw verdrag tot stand tussen Frankrijk en de Bataafse Republiek, dat bepaald geen verzachting is, inte- Afb. 1. Tekening van het planten van de Vrijheidsboom op de Markt van Middelburg op 13 febr. 1795. (ZA, KZGW, Zei. 111. III-287b)

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeland | 1999 | | pagina 29