152 aanwinst] n Nagenoeg al deze tweekleppige schelpen zijn in situ aangetroffen, dat wil zeggen dat zij zijn ge vonden met de kleppen nog bijeen en in de hou ding zoals zij destijds hebben geleefd en zijn ge storven, ingebed in de slibafzetting. In het fijne materiaal is ook nog een losse klep van Limatula spec, aangetroffen van slechts 2,4 mm hoogte. Ook een juveniel klepje van een mosselachtig schelpje, Modiolus cf. pbaseolina slechts 1,7 mm breed trof ik in dit gruis aan. Afbeelding 10 toont de schelpen zoals zij in de bodem werden aangetroffen op een diepte van ongeveer één meter onder het maaiveld. Van deze laag is een bodemprofiel gefixeerd, dit zal te zijner tijd aan de Molluskencollectie van het Zeeuws Genoostchap worden toegevoegd. Dat geldt ook voor de verder nog uit te sorteren schelpen uit deze afzetting. Als de namen van het nieuwe stratenplan nog niet definitief vaststaan, is het wellicht een aardig idee om enkele nieuwe straten te vernoemen naar de diverse schelpensoorten die hier werden aangetroffen. Freddie van Nieulande, conservator Mollusken Aanwinsten ruilverkeer Vanaf de oprichting van het Zeeuws Genootschap in 1769 zijn er met verschillende instellingen in binnen- en buitenland contacten gelegd, die dik wijls geleid hebben tot een belangrijk ruilverkeer van wetenschappelijke publicaties. Alle boeken en tijdschriften die voor het Zeeuws Genootschap binnenkomen, worden beheerd door de Zeeuwse Bibliotheek en kunnen daar worden opgevraagd. In het vervolg zal de conservator ruilverkeer, mevr. G.G. Trimpe Burger-Mekking in Zeeland een selectie van ontvangen publicaties onder de aandacht brengen. Hieronder volgt het eers e overzicht. In het Tijdschrift voor Industriële Cultuur (de *1 67, 1999), uitgegeven door viat te Gent, staat een interessant artikel over ijskelders of ijsputten, on der andere bekend van de vele oude buitenplaa t- sen in Zeeland. Van de Fonologische Atlas van de Nederland, e Dialecten is zojuist het eerste deel verschenen (Koninklijke Academie voor Nederlandse Taal- en Letterkunde, Gent). De Bayerische Akademie der Wissenschaften zond Die Rbinocerotoidea (Mammalia) aus der unteroligozanen Spaltenfüllung Möhren 13 b >i Treuchtlingen in Bayern, een uitgebreide studie over fossiele neushoorns door U. Uhlig, zekt r van belang voor onze provincie waar zoveel re - ten van deze dieren gevonden worden. Voor de liefhebbers van archeologie en theolc - gie kregen wij van dezelfde Bayerische Akademie Religiöses Denken in dinglicher und bildlichtr Überlieferung Alteuropas aus der Spatbronze- un i frühen Eisenzeit van G. Kossack. De technisch geïnteresseerden stellen zeker bt - lang in een studie van de Nordrhein-Westfalisch e Akademie der Wissenschaften: Wirtschaftliche Ef- fizienz und gerechte Verteilung door C. vo Weizsacker en Innovation bei der Stahltechnolc- gie van E. Schulz. Een bijzonder aardig artikel is het 'Leven in he t Kortrijkse Begijnhof 1585-1789' door M. Baert Vandenberghe, uitgegeven door de Koninklijk' - Geschied- en Oudheidkundige Kring van Kortrijl Handelingen lxiv 1999). De universiteitsbibliotheek van Gent zond on De geschiedenis en de rijkdommen van de biblio- thecae Dominicanae van M. de Reu en de Gents universiteitsbibliotheek, als embleem van moderni teit door G. Milis-Proost (Mededeling 21 en 22. 1997).

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeland | 1999 | | pagina 38