DE VERSCHRJFTELIJKING IN ZEELAND 9 23), met een uitgebreide, thematisch ingedeelde bibliografie over dit onderwerp. Een aanzienlijk uitgebreidere bibliografie is te vinden in M. Mos- tert, 'A bibliography of works on medieval com munication' in: M. Mostert (eel.), New aproaches to medieval communication (Turnhout 1998; Utrecht Studies in medieval literacy 1). Een over zicht van de doordringing van het schrift in Hol land en Zeeland in de dertiende eeuw, gebaseerd op onderzoek naar documentaire bronnen, geeft J.W.J. Burgers, E.C. Dijkhof en J.G. Kruisheer, 'De doordringing van het schrift in de samenleving in Holland en Zeeland tijdens graaf Floris V', in: D.E.H. de Boer, E.H.P. Cordfunke en H. Sarfatij (eti.), Wi Florens De Hollandse graaf Floris V in de samenleving van de dertiende eeuw ([Utrecht 1996D, p. 191-211. Zie voor het vroege schriftge- bruik M. Mostert, 'De vroegste geschiedenis van de schriftcultuur in Holland', in: D.P. Blok e.a. (ed.), Datum et actum; Opstellen aangeboden aan Jaap Kruisheer ter gelegenheid van zijn vijf enzestigste verjaardag (Amsterdam 1998: Publica ties van het Meertens Instituut 29), p. 315-330. De oorkonden betreffende Holland en Zeeland tot en met het einde van het Hollandse Huis (10 november 1299) worden uitgegeven in het Oor- kondenboek. van Holland en Zeeland tot 1299I, eind van de 7e eeuw tot 1222, uitgegeven door A.C.F. Koch ('s-Gravenhage 1970); II, 1222 tot 1256- III, 1256 tot 1278IV, 1278 tot 1291uitge geven door J.G. Kruisheer (Assen/Maastricht 1986-1997). Het vijfde deel, dat de oorkonden uit de jaren 1291—1299 zal bevatten, is in voorberei ding, evenals het zesde deel, waarin de addenda en corrigenda, alsmede een volledige index van namen zullen worden opgenomen. Voor de eer ste drie delen is een voorlopige index beschik baar in: Oorkonden boek van Holland en Zeeland tot 1299; Index van namen op de delen I, II en III, waarin opgenomen Index van namen op de delen I en II doorj. W.J. Burgers en f. Sparreboom, door P.J.J. Moors (Assen 1998). Zie voor de schrijfactiviteiten in Zierikzee in de dertiende eeuw, alsmede de zogenaamde Zeeuwse schrijfstijl, J.W.J. Burgers, De paleografie van de documentaire bronnen in Holland en Zee land in de dertiende eeuw (Leuven 1995; Schrift en schriftdragers in de Nederlanden in de middel eeuwen. Paleografie, codicologie, diplomatiek, I), eerder verschenen als proefschrift Universiteit van Amsterdam 1993, met afwijkende paginering. De ontwikkeling van het oorkondenwezen van de stad Middelburg en de daar gelegen OLVabdij en het minderbroederklooster wordt beschreven in E.C. Dijkhof, Het oorkondenwezen van enige kloosters en steden in Holland en Zeeland 1200- 1325, proefschrift Universiteit van Amsterdam 1997, hoofdstuk II (een handelseditie is in voor bereiding). Zie over dit onderwerp ook E.C. Dijk hof, 'Zegelen in Middelburg; Beoorkonding, bezegeling en institutionele ontwikkeling in Mid delburg in de dertiende en het eerste kwart van de veertiende eeuw', in: Archief; Mededelingen van het Koninklijk Zeeuivsch Genootschap der Wetenschappen 1992, p. 57-87. Voor een over zicht van de stedelijke ontwikkeling in Zeeland zij verwezen naar het artikel van prof. dr. P.A. Henderikx elders in deze aflevering van het tijd schrift Zeeland. Het ontstaan van de Zeeuwse stadsrechten is beschreven in J. Kruisheer, 'Het ontstaan van de oudste Zeeuwse stadsrechtoorkonden', in: Ad fontes; Opstellen aangeboden aan prof. dr. C. van de Kieft ter gelegenheid van zijn afscheid als hoogleraar in de middeleeuwse geschiedenis aan de Universiteit van Amsterdam (Amsterdam 1984), p. 275-304. Zie over de Zeeuwse landkeur J.G. Kruisheer, Het ontstaan van de dertiende- eeuwse Zeeuwse landkeuren; Met een teksteditie van de keur van Floris de Voogd (1256) en van de keur van graaf Floris V (1290) (Hilversum 1998). De achtergrond van hun ontstaan wordt geschetst in het artikel van dr. J.G. Kruisheer in dit nummer van Zeeland. De kerkelijke indeling en de ontwikkelingen rond de ambachtsheren, met name in Zuid-Beve land, worden behandeld in C. Dekker, Zuid-Beve land; De historische geografie en de instellingen van een Zeeuws eiland in de middeleeuwen (As sen 1971, proefschrift Universiteit van Amster dam; tweede druk Krabbendijke 1982). De keur voor het Vrije van Brugge, vermoede lijk uit 1190, is uitgegeven in L. Gilliodts Van Severen, Coutumes du Franc de Bmges, II (Brus sel 1879), nr. 1; een nieuwe editie is in voorberei ding: Th. de Hemptinne en A. Verhulst, De oor konden der graven van Vlaanderen (Juli 1128- September 1191), II, Uitgave, band II, Regering van Filips van de Elzas (1168—1191), nr. 828. De Brugse keur van 1229 is uitgegeven in R. van Caenegem, 'Een onuitgegeven Brugse keure uit 1229', in: Handelingen van de Koninklijke Com missie voor de uitgave der oude wetten en veror deningen, XVII, aflevering III (1952), p. 1-13.

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeland | 2000 | | pagina 10