HET ZEEUWSE GEZICHT
59
twee jaar uitgereikt, afwisselend voor gebou
wen/objecten en voor ruimten, ledereen kan zijn
favoriet indienen. In de praktijk doen vooral ge
meenten, ontwerpbureaus en de bouwwereld
dat. In 1998 is de prijs voor de eerste keer uitge
reikt, aan het is reeds genoemd het Waterpa
viljoen op de Neeltje Jans. Dit jaar gaat het om
ruimten, dat wil zeggen een tuin, een straat, een
plein of een park, openbaar groen, een steden
bouwkundig plan, een landschapsplan, enzo
voort. De prijs is een bedrag van tienduizend gul
den, te besteden aan een kunstwerk bij het
winnende project. Het gaat dus vooral om de eer.
Een voorbeeld van een ontwerpwedstrijd is
Zeeland Vakantieland. De kuststrook is vol, maar
recreatie is en blijft belangrijk. Ontwerp dus een
kleinschalig recreatieverblijf dat past in het
Zeeuwse achterland. Winnaar: Underground Pic
nic van De Haan en Fierloos. In het juryrapport
wordt opgemerkt: 'Alle voorzieningen zijn onder
de grond weggewerkt, inclusief het parkeren. De
gekozen oplossing komt niet afschrikwekkend
over en laat het landschap relatief in tact'. Niet af
schrikwekkend is kennelijk al heel wat! Gepro
beerd wordt een gemeente en/of een projectont
wikkelaar voor zo'n project te interesseren.
Overigens zal in de nabije toekomst een ont
werpwedstrijd voor de Zeeuwse boerenschuur
worden uitgeschreven, met als opdracht het ont
werpen van een schuur en een erf die voldoen
aan alle eisen van deze tijd en toch passen in het
Zeeuwse gezicht.
Regionale debatavonden zijn inmiddels in Zie-
rikzee (Wordt Zeeland verticaal?), Terneuzen
(over het overgangsgebied tussen stad en land),
Tholen (vitaal platteland), Middelburg (kunst in
de openbare ruimte) en Goes (binnensteden) ge
houden. In de zaal zaten veelal vakgenoten, ter
wijl deze debatavonden eigenlijk bedoeld zijn
voor een breed publiek. De medewerking aan de
reeds genoemde nzc-publieksprijsvraag moet ook
gezien worden in het streven een breed publiek
te bereiken.
Tot slot is er - wie de jeugd heeft, heeft de toe
komst - het educatief project, dat wordt gevormd
door een reizende tentoonstelling met lesmateri
aal voor het voortgezet onderwijs. Onderdeel van
dit project vormt de Zeeuwse architectuurgids,
een handig boekje dat ook in de winkel te koop
is en rijkelijk geïllustreerd is met voorbeelden van
architectonisch interessante bouwwerken sinds
1900'.
Eerder verscheen een boekje van de Provincie
met een beschrijving van 213 jonge rijksmonu
menten5. Omgevingswaarde was een selectiecrite
rium voor opname. En wie wat meer wil weten
over het Zeeuwse buitengebied: het honderdja
rige Staatsbosheer heeft daarover zojuist een
prachtige publicatie laten verschijnen6.
Afsluiting
Tot slot de vraag: weet de Stichting Het Zeeuwse
Gezicht wat het Zeeuwse gezicht is? Tot dysverre
leek zij dat niet te moeten weten. De stichting fa-
ciliteert het debat, maar neemt zelf geen stelling.
Of toch wel? Immers, waarom organiseert de
stichting juist over een bepaald onderwerp debat
avonden, waarom schrijft zij een wedstrijd uit
voor het ontwerpen van vakantiewoningen of
een boerenschuur? Verraadt dat niet bezorgdheid
over bepaalde ontwikkelingen? Ziedaar een dis
cussiepunt dat regelmatig opduikt in de bestuurs
vergaderingen van de stichting. Zelf zeg ik wel
eens: we zijn nog jong, de queeste naar het
Zeeuwse gezicht is vooralsnog belangrijker dan
het vinden van het antwoord. Niet uitgesloten is
overigens dat, als het ergens de spuigaten uit
loopt, de stichting met een eigen mening naar
buiten zal treden. Als het publieke debat daarmee
gediend is. En als de (negen) bestuursleden het
eens kunnen worden. Want ook voor hun geldt:
smaken en belangen verschillen.
Noten
1. Provincie Zeeland/viBA Zuidwest: Rapport de
bat duurzame stedenbouw, mei 1999.
2. Instituut voor Bos- en Natuuronderzoek/Sta-
ringscentrum/iKC Natuurbeheer: Schetsboek, juli
1999.
3. Provincie Zeeland: De toestand van de
Zeeuwse natuur, januari 1998.
4. Paul Groenendijk en Piet Vollaard. Moderne
architectuur in Zeeland 1999).
5. B. Sens en W. Hëjrn .Jonge bouwkunst geselec
teerd; Rijksmonumenten in Zeeland 1850-1945
(1998).
6. Staatsbosbeheer. Aan de monding van Maas
en Schelde 1999).