S jet Open.
64
Afb. 1. Slotpagina van T'Vertoig cler ZeeuseherNymphen.
February 1675.
5. De Missive van Syn Hoogheyt den Heere Prince
van Orangien Aen de Heeren Staten van Zeelant
geschreven op 16 februari 1684.
De anonieme geschriften
1. Een ode in 81 vierregelige strofen, getiteld T'
Vertoig Der Zeeuscher Nymphen, aende onover-
winnelicke Nassausche Helden, voirstanderen der
Nederlandsche vrijheyd, ende Vaderen des Vader
lands, uitgegeven in 16073. Dit is op het eerste
gezicht geen smaadschrift, omdat het de helden
daden van het geslacht Nassau bezingt, maar de
vijand en zijn heulers krijgen wel de nodige, ui
terst grove, scheldnamen toegemeten.
2. Het 28 pagina's tellende geschrift uit 1668
Naecte Wederleggingh ofte Korte Aenmerckinghe,
Dienende tot Antwoord op de Consideratie Van de
Gecommitteerde Raeden van Zeelant, of alsoo ge-
naemde Refutatie, Van haer Ho. Mog. Gedepu
teerde tot de Separatie en Mortificatie van 't Stad
houderschap Van den Heere Prince van
Orangien&c.
3. Een pamflet in de vorm van een samenspraak,
gedrukt in 1668 en getiteld Zeeuwse Vreugde Be
toond in het Ontfangen en Inhalen van zijn
Hoogheid, den Prince van Oranjen en het Ver
kiezen tot Eerste Edele van Zeeland. Met eenige
Aanmerkingen op de Oratie van I. de Mei, Predi
kant tot Middelburg.
4. Een pamflet in briefvorm, daterend uit 1668 en
getiteld Den haestigen Zeeuw of Brief aen N.N.
Raeck.ende 't Subject van 't avancement van den
heer Prins van Orangien.
5. Een smaadschrift getiteld Consideration op de
GENOOTSCHAPSVERZAMELINGEN
Haranguebij den Heere Prince van Oranjen
den 19. September 1668. in de Vergaderinge van
de Heeren Staten van Zeeland, tot Middelburg ge
daan.
Geen blad voor de moncl
In columns en dagbladrubrieken als 'Lezers
schrijven' neemt de auteur dikwijls geen blad
voor de mond wanneer hij bepaalde misstanden
aan de kaak wil stellen. De redactie van de bla
den stelt zich niet verantwoordelijk voor de in
houd en de schrijver wordt met naam en adres
vermeld. De smaadschriftschrijver uit de zeven
tiende eeuw publiceerde daarentegen wel ano
niem. Hoewel op het schrijven en in omloop
brengen van 'schandaleuse ende ergherlijcke
Boecxkens'5 een forse straf stond, zijn er toch tal
loze verschenen. Er was - en er is kennelijk
een markt voor dergelijke publicaties. Er ligt een
scala van nuances tussen smaad en spot. Rassen
discriminatie, majesteitsschennis en pornografie
komen we niet tegen bij schrijvende lezers van
nu. Ironie en felle kritiek, zij het meestal in een
geestige toonzetting, daarentegen maar al te
vaak. Om een indruk te geven van het gehalte
van een smaadschrift van drie eeuwen geleden,
bieden we een kijkje in de inhoud van een van
de pamfletten, en wel De Consideratien op de
Harangue. Het is een geschriftje met een titel die
geen argwaan wekt. Het feit dat het anoniem is
uitgegeven en gedrukt is in Vrijstad Bij Libertatis
Ergowijst er echter op, dat we met een smaad
schrift te maken hebben.
De aanleiding tot het schrijven van dit pamflet
was de reis die prins Willem, het Kind van Staat,
in september 1668 naar Zeeland had gemaakt.
Willem, die toen zeventien jaar oud was, onder
nam deze reis om zich als Eerste Edele te laten
erkennen. De Zeeuwen verleenden hem deze ti
tel zonder problemen. Zij hadden zich jarenlang
gepasseerd gevoeld voor wat betreft hun aandeel
in de educatie van het weeskind en ze grepen nu
met beide handen de gelegenheid aan om de
banden met het hun zo geliefde vorstenhuis te
consolideren en daardoor hun status ten opzichte
van Holland te verhogen.
Op de reis van de prins naar Middelburg
volgde een ware explosie van geschriften, varië
rend van officiële schrijvens tot grove schotschrif
ten. De auteurs toonden zich verontwaardigd
over het feit dat de prins zich reeds op zeventien
jarige leeftijd had aangediend voor het hoge
ambt, en men verwonderde zich erover dat de
Zeeuwen zo snel hadden toegehapt. Er werden
vraagtekens gezet bij de merkwaardige manier
waarop Willem naar Zeeland was gegaan. Wat
was namelijk het geval? Willem had in Den Haag
gezegd dat zijn reisdoel Breda was, alwaar hij