EEN VUSSINGSE HAARD
133
discussie op of tegels, of zoals in dit geval ta
bleaus, in het eerste kwart van de zeventiende
eeuw geschilderd werden met gebruikmaking
van een dergelijke tegelspons, of 'uit de vrije
hand'. Voor het achterwandtableau van de Hoop
is in ieder geval met zekerheid een spons ge
bruikt. Er heeft namelijk 'sponsomdraaiing'
plaatsgevonden. Op de oorspronkelijke prent
heeft de valk, zoals bij de valkenjacht de ge
woonte was, zeker op de linkerhand van de
jonkvrouw gezeten. Omdat op het pendant-ta
bleau van het naar rechts kijkende Geloofperso-
nage een naar links kijkende figuur hoort, kan
geconcludeerd worden dat men de spons een
voudigweg heeft omgedraaid waardoor een ge
spiegelde afbeelding, met een valk op de rechter
hand, werd verkregen. Deze sponsomdraaiing en
ook het feit dat gedurende langere tijd steeds de
zelfde tegelfiguren voorkomen, doen vermoeden
dat bij het beschilderen van de haardtableaus
meestal een spons gebruikt zal zijn. Dat bij het
maken van de oudere tegelpilasters een spons
gebruikt is, wordt echter niet aangenomen.18 De
oudste tegelpilasters werden 'uit de vrije hand'
geschilderd. In een opeenvolgende reeks pilaster-
tegels kunnen namelijk steeds nieuwe kleine on
derlinge verschillen in de contouren van de ge
schilderde figuren worden aangewezen; daardoor
zijn geen twee tegels aan elkaar gelijk.
Allegorische voorstelling
Allegorische voorstellingen, zoals hier Geloof en
Hoop, zijn in de zeventiende eeuw zeer geliefd
en hebben duidelijk een belerende functie.19 De
vroegchristelijke schrijver Prudentius (348 - circa
406) gebruikt in zijn grote gedicht Psychomachia
al de metafoor van de strijd van de deugden te
gen de ondeugden: geloof tegen ongeloof, kuis
heid tegen wellust, nederigheid tegen hoogmoed,
liefdadigheid tegen gierigheid. Op tegels beper
ken de schilders zich uitsluitend tot de drie chris
telijke deugden: geloof, hoop en liefde. Deze
deugden worden al door Paulus genoemd in zijn
eerste brief aan de Corinthiërs (13:13).
Onderaan de tableaus in Vlissingen zijn aparte
cartouches geplaatst waarin de namen van de ge
personifieerde allegorieën weergegeven zijn. Ook
zonder deze cartouches zou door de kenmer
kende attributen die hun meegegeven zijn, aan
de geschilderde vrouwenportretten te zien zijn
welk abstract begrip uitgebeeld wordt. Geloof
(Fides) heeft altijd de symbolische attributen van
het geloof bij zich: kruis en kelk, het kruis als
symbool van de gekruisigde Christus en de kelk
van het altaarsacrament. Bij het Vlissingse haard-
tableau is sprake van een protestantse interpreta
tie: de kelk is vervangen door een opengeslagen
bijbel. Het calvinisme had immers de meeste van
Afb.5. 'Geloof en 'Hoop', haardachterwandtableaus,
blauw, 12/3 (zonder tekstband). Collectie Museum Vlees
huis, Antwerpen. Afbeelding uit Joliet (1996).
de zeven sacramenten van de katholieke kerk af
geschaft; met name was de gemeenschappelijke
viering van de eucharistie uit de dienst verwij
derd. De Liefde, eigenlijk de Naastenliefde (Cari
tas), wordt te midden van een schare kinderen
afgebeeld met een zuigeling aan de borst. Dit
beeldt niet alleen de moederliefde uit, maar moet
ook gezien worden als de voorstelling van de al
les opofferende liefde tot God.
De Hoop (Spes) wordt net als de andere deug
den afgebeeld als een mooie vrouw en kenmerkt
zich door anker, bijenkorf en spade en soms door
het boven (niet óp) het hoofd dragen van een
kroon. Deze symboliseert de hemelse zaligheid
die haar te zijner tijd te wachten staat.2" Het anker
van de Hoop is de verzinnebeelding van het ge
loof, de hoop op redding en opstanding. Het an
ker is door zijn kruisvorm tevens een verkapt
symbool van de verlossing. Op alle ons bekende
tableaus van de Hoop draagt zij op haar rechter-