OVER HEREN VAN STAND
7
lijk geïnteresseerden toegankelijk maakten. Daar
naast verzorgde het Genootschap in deze periode
publicaties als de Levensberichten van Zeeuwen
door F. Nagtglas (1890, 1893) en bronnenedities
als de Kroniek van Jacob van Grijpskerke (1882)
en 'De Stadsrekeningen van Middelburg' over de
jaren 1365-1810 door H.M. Kesteloo (gepubli
ceerd in Archief 1881-1902), die nu onder histo
rici nog als een veelvuldig geraadpleegde bron
dienst deren.
Bezinning en beroering: het Genootschap na de
Tiveede Wereldoorlog
De Tweede Wereldoorlog bracht een abrupt
einde aan de bloei van het Zeeuws Genootschap.
In het oorlogsgeweld gingen kostbare onderdelen
van de verzamelingen verloren. De wederop
bouwperiode bracht niet de noodzakelijke ver
nieuwingen. De activiteiten op het terrein van de
publicaties waren sterk teruggelopen. Al met al
had dit een nadelig effect op het ledental. De fi
nanciële situatie verslechterde. Honderd jaar na
de vorige reorganisatie werd in I960 een nieuwe
reorganisatie doorgevoerd. De structuur met di
recteuren en leden werd verlaten. De bedoeling
was om de wetenschapsbeoefening uit te breiden
tot meer disciplines dan alleen de historische.
Werkzaamheden zouden meer geografisch ge
spreid moeten worden, met andere (universitaire)
instellingen dienden nauwere contacten te wor
den aangegaan en de publicaties moesten uitge
breid worden. Het eigen beheer van de museale
verzameling werd losgelaten en overgedragen
aan de Zeeuwse Museumstichting.
Ook na deze reorganisatie bleef men op ge
zette tijden veelvuldig en soms heftig reflecteren
over de positie en organisatie van het Genoot
schap. Het bleek een enorme opgave om het uit
gewaaierde, complexe geheel dat het Genoot
schap inmiddels was gaan vormen, bestuurlijk
onder één vlag te krijgen. Door de maatregelen
van I960 waren de museale, publicistische en
educatieve activiteiten uit elkaar getrokken, ter
wijl juist cle wisselwerking daartussen een meer
waarde had opgeleverd. Eind jaren zeventig, toen
een nieuw beleidsplan het licht zag, werd deze
ontwikkeling betreurd, omdat zij onbedoeld de
zo gewenste toename van activiteiten belem
merde.
Ondanks de terugkerende bestuurlijke proble
men kwamen in deze jaren grootse projecten van
de grond. Te noemen valt in de eerste plaats de
totstandkoming van de driedelige Encyclopedie
van Zeeland, een ambitieus project waaraan vele
tientallen auteurs meewerkten. In 1981 werd
voorts gestart met een nieuwe reeks monogra
fieën. Publicaties die te omvangrijk waren om in
het jaarboek opgenomen te worden, werden nu
als zelfstandige boeken door het Genootschap
uitgegeven. In deze reeks Werken zijn inmiddels
elf geschiedkundige boeken verschenen, waaron
der proefschriften over de godshuizen in Middel
burg en de Middelburgse Commercie Compagnie.
Door het bieden van de mogelijkheid tot publica
tie van dergelijke monografieën is het Genoot
schap een belangrijke stimulator van wetenschap
pelijk onderzoek naar de Zeeuwse geschiedenis.
In 1991 zag het tijdschrift Zeeland het levens
licht. Zeeland wercl geboren uit onbehagen over
de geringe invloed die het Genootschap had in
het Zeeuws Tijdschrift, waarop men voor de le
den een collectief abonnement had. Door een ei
gen tijdschrift van de grond te tillen, hoopte men
de onderlinge samenhang van de geledingen in
het Genootschap te bevorderen. Bovenal werd
Zeeland een tijdschrift dat zich op alle leden van
het Genootschap richt en dit brede publiek be
dient met artikelen over de provincie Zeeland
van onder meer historische, natuurhistorische en
culturele aard. Aparte rubrieken zijn gewijd aan
de verzamelingen, boekbesprekingen en mede
delingen vanuit de verschillende Genootschaps
organen.
In de laatste decennia is een begin gemaakt
met het benutten van de commerciële potenties
van het Genootschap. De verkoop van repro
ducties (prentbriefkaarten, facsimile-uitgaven en
kleurenreproducties) bestond reeds langer, toen
in 1998 een nieuw 'product' werd gelanceerd: de
bureauagenda. Commercieel gezien werd de uit-
Afb.6. Het pand aan de Wagenaarstraat waarheen het Ge
nootschap in 1888 verhuisde. Foto, 1894, coll. KZGW, Zei.
111. 11-687/2.