32
GENOOTSCHAPSVERZAMELINGEt
Afb.5. De versiering van de Middelburgse Poort in Vlissin-
gen bij de festiviteiten in 1772. ZA, coll. KZGW, Zei. 111. III-
225.
chassinetten voor de grootste ramen in de mid
dengevel. Op de avond van de zesde april moes
ten die, tezamen met duizend lampions, die 'in
eene juiste evenredigheid' op alle lijsten, richels
en kozijnen waren geplaatst, de burgerij in ver
voering brengen.
Naast de magistraat en het comité van burgers
had ook een aantal particulieren zich ingespan
nen. De leden van de burgerkrijgsraad lieten bij
voorbeeld op eigen kosten het Heeren Logement
in de Hellebardierstraat 'met een aangenaame
verlichting' versieren. Hier was onder meer een
Zeeuwse leeuw, dobberend op een stille zee en
zich koesterend in heldere zonnestralen, te zien.
Abraham Louijssen liet voor zijn woning een
kostbaar vuurwerk afsteken en gaf Petrus Jans-
sens opdracht het gasthuis in de Koestraat van
een 'zinrijke' decoratie te voorzien. Commissielid
Jan Bekker junior versierde zijn huis in de Wal-
straat met een groot aantal veelkleurige lampions
en een chassinet waarop de verdrijving van de
Spanjaarden was geschilderd. Of Pieter Jacob Clij-
ver zijn huis een extra accent gaf, is onbekend.
Gezien de inspanningen van Louijssen en Bekker
zou men dit wel verwachten. Brahé rept er echter
met geen woord over.
De negentiende eeuw
De gewoonte bij belangrijke gebeurtenissen de
stad te illumineren bleef ook in de negentiende
eeuw bestaan. Bij vieringen, bij de proclamatie
van de alliantie met Frankrijk, de vrede van 1801
de bezoeken van Napoleon, Lodewijk Napoleor
en later de Oranjevorsten werden steeds weer de
chassinetten, lampions en vetpotjes tevoorschijr
gehaald. De overheid, de burgerij en zelfs eer
biedwaardige instellingen als het Zeeuwsch Ge
nootschap der Wetenschappen gaven timmerlie
den en schilders hiervoor opdracht. He
Genootschap betaalde schilder Thomas Gaal it
1809 bij het bezoek van keizer Napoleon aar
Middelburg maar liefst 87 gulden voor zijn werk
zaamheden ten behoeve van de illuminatie var
het Museum Medioburgense.2' Dat Napoleon he
museum weigerde te bezoeken, vond het bestuu
niet leuk, maar zal de burgerij niet gedeerd heb
ben. Het chassinet van Clijver en de gravures var
de geïllumineerde gevels uit 1751 had de keize;
er toen niet kunnen bekijken. Die werden pas la
ter aan de collectie toegevoegd.
Noten
1. P.W. Sijnke. Journaal van een wijnkoper. Bele
venissen van Hendrik Brouwer (1769-1817)
Middelburg 1995.
2. E. Buys, Nieuw en Volkomen Woordenboek
van konsten en wetenschappen. Amsterdam 1769-
1778. Zie het lemma 'illuminatie'.
3. H.M. Kesteloo, 'De stadsrekeningen van Mid
delburg', m, 1500-1550. In: Archief en Mededelin
gen van het Zeeuwsch Genootschap der Weten
schappen 1888, 398.
4. H.M. Kesteloo, 'Stadsrekeningen van Middel
burg', ix, 1700—1810. In: Archief en Mededelingei
van het Zeeuwsch Genootschap der Wetenschap
pen 1902, 182.
5. H.M. Kesteloo, 'De stadsrekeningen van Mid
delburg', vm, 1675-1700. In: Archief en Medede
lingen van het Zeeuwsch Genootschap der Weten
schappen 1901, 77.
6. Id„ 78.
7. C.A. van Swigchem, 'Verlichte schilderstukken'
Neerlands Volksleven 13 (1962/63) 300-305.
8. M.N. Chomel en J.A. de Chalmot, Algemeen
Huishoudelijk-, Natuur-, Zedekundig- en Kons.
Woordenboek. Deel m, lemma illuminatie. Leider
en Leeuwarden 1778 (tweede druk).
9. Zeeuws Archief, Coll. Zelandia Illustrate
aanw. 2000.21-118 (oud nummer G 2212); M.F
Lantsheer en F. Nagtglas, Zelandia llustrata. Eer
ste vervolg. Middelburg 1885, 22.
10. Zie W. de Bruine, Inventaris van het archiej
der gemeente VHssingen. Vlissingen 1959, 337:
C.A. van Woelderen, 'Lijst van baljuws, burger
meesters, schepenen, raden, pensionarissen, se
cretarissen en rentmeesters van Vlissingen'. In:
Jaarboek centraal bureau voor genealogie, jrg. 2
1948, 1-34; C.H.J. Peters, Vlissingen in de patriot-