DE SCHELDE
3
GaihniP1^'
JGpniSrfflj
pi&J& Ja*Ja^
LAaw.Ü1^
Tg/Snurr
"rawttbr-
ZE. l-ATffil CAR¥M
-m $v iL Aiv»*mc:
t 5 sx m a et xstova
BE,3 C'RjliPT ifÏD>AVO
if o r ik, jn. if a c 'on o
a :jt3 a y e nr.ik jr a&9
L"iv«
Atói fi i-^rr >n
J«i.tó
1) 'diiimlm-l^
iiGim'a Zpni&iftSja
Afb.l. Kaart van Zeeland tussen 1542 en 1546. Uit: A. Ortelius, Theatrum orbis, Antwerpen 1570. ZA, coll. KZGW, Zei. 111.
1-58.
treft, kan alleen maar geconcludeerd worden dat
deze uitsluitend gebaseerd was op machtspoli
tiek. De Republiek die tegenover Engeland,
Frankrijk en Denemarken een vermanende vinger
opstak en zich graag presenteerde als kampioen
van de vrije vaart op zeeën en rivieren, liet het er
schromelijk bij zitten, als het erom ging deze be
ginselen zelf in praktijk te brengen. Met oneigen
lijke argumenten werd de Schelde gesloten ge
houden. En ook de Rijn was niet vrij: door de tol
van Lobith en de patenten op de Rijn werd het
de oeverstaten in Duitsland bijzonder moeilijk ge
maakt in de Rijnvaart te participeren.
Maar ook ten oosten van Suez gold de vrije zee
niet: de hele Indische archipel werd door de voc
voor vreemde schepen gesloten gehouden. De
Hollandse regenten waren van mening dat de
leer van Hugo de Groot over de vrije zee vooral
op andere landen van toepassing was. De Repu
bliek in haar beste jaren doet onwillekeurig den
ken aan Japan in de jaren zeventig van de vorige
eeuw. Ook dat land werd bewonderd, gevreesd
en benijd en op commercieel gebied eiste het
vrijheid voor zichzelf op die men anderen niet
gunde.
De vrije vaart op internationale rivieren
Tot aan de Franse Revolutie was het gebruik ge
weest dat de oeverstaten van onder meer Rijn,
Weser, DonauJ Main en Elbe gebruik maakten
van hun soevereine rechten om de scheepvaart
op de internationale rivieren binnen hun territo
rium met allerlei heffingen te belasten of alleen
scheepvaartpatenten te verlenen aan eigen inwo
ners. In de jaren van de Verlichting die aan de
Franse Revolutie voorafgingen, bestond voor
deze praktijken steeds minder waardering: de na
tuur en dus ook de waterwegen, aldus de ver
lichte denkers, zijn van alle mensen; vorsten en
overheden hebben daarom niet het recht het ge
bruik ervan te beperken.
Op het Congres van Wenen, waar na de Napo
leontische oorlogen in 1814 de kaart van Europa
opnieuw werd getekend, namen de grote mo
gendheden een aantal belangrijke besluiten om
de vrede en de stabiliteit in Europa voor langere
tijd veilig te stellen. Zoals in de inleiding al is
aangestipt, spraken de grote mogendheden,
Groot-Brittannië, Frankrijk, Pruisen, Oostenrijk en
Rusland, af dat wanneer zich ergens in Europa
problemen zouden voordoen die de vrede in ge-