IN STILTE GEBOREN; HET WERK VAN PIET VAN STUIVENBERG IN
HET PROVINCIEHUIS
65
Robbert Jan Swiers
Op 17 en 18 mei 1960 werd in het hijzijn van koningin Juliana het nieuwe provinciehuis in de Abdij
van Middelburg in gebruik genomenDe in de oorlog verwoeste gebouwen tussen het voormalige Hotel
de Abdij en de Sint Pieterstraat werden niet herbouwd, maar maakten plaats voor kantoren voor de
provinciebestuurders en -ambtenaren. Toen op 7 maart 1957 de opdracht voor de bouw werd gegeven
aan de firma Van der Klippe uit Vlissingen, volgden niet veel later de opdrachten aan negen kunste
naars het aanzicht en de inrichting van het nieuwe provinciehuis te verfraaien. Een van die kunste
naars was de Schiedamse beeldhouiver en lithograaf Piet van Stuivenberg. Voor hel provinciehuis
maakte hij onder meer veertig reliëfpanelen. Een aantal hiervan heeft in het verleden bij eerdere ver
bouwingswerkzaamheden een andere plaats gekregen. Nu er plannen zijn de kamers van de commissa
ris van de koninginwaar zich zevenentwintig van de panelen van Van Stuivenberg bevinden, aan de
eisen van de tijd aan te passen, is de toekomst van deze panelen onzeker. Het is daarom een goed mo
ment deze man voor het voetlicht te halen, echter niet nadat ook aandacht is geschonken aan het werk
van de andere kunstenaars en de staat waarin dit momenteel verkeert.
Stand van zaken
Welke kunstenaars kregen een opdracht, welke
kunstwerken vervaardigden zij en waar werden
deze in het provinciehuis gesitueerd? Een over
zicht:
- P. de Jong te Middelburg: waterschapswapen
borden op de gang van de eerste verdieping;
- Cath. Goeting te 's-Gravenhage: een wand
kleed in de bovenhal;
- Jan Goeting te 's-Gravenhage: een wandschil
dering in de bovenhal;
- Prof. P. Gregoire te Amsterdam: bronzen
beeldje op voet op de binnenplaats;
- Ph. ten Klooster te Veere: Zeeuws wapen aan
de gevel en twaalf kapitelen in hardsteen op
de begane grond;
- J. Prince te Middelburg: mozaïek in de hal;
- J. W. Radecker te Tuil: twee granieten kolom
men met bronzen tritonen voor de ingang,
bronzen ingangsdeuren, ornamenten in lood
aan de erker;
- P. van Stuivenberg te Schiedam: zestien heral
dische gemeentewapens in kalksteen in het
trappenhuis en veertig reliëfpanelen in Japans
eiken met de dieren van de Ark van Noach,
verspreid over diverse ruimtes;
- Prof. L.O. Wenckebach te Noordwijkerhout:
bronzen portretmedaillon van koningin Juliana
in de benedenhal.
Het is de moeite waard te bezien in hoeverre de
kunstwerken van de negen kunstenaars na veer
tig jaar nog aanwezig zijn in het provinciehuis.
Door de jaren heen is er het een en ander aan
het gebouw vertimmerd. De eisen van de tijd -
onder andere de Arbo-wetgeving - en de mode
hebben, zo blijkt, hun invloed gehad.
Allereerst moet worden gezegd dat een aantal
kunstwerken de korte tand des tijds hebben over
leefd. Zo staan de twee granieten kolommen met
bronzen tritonen nog fier voor de ingang en
doen de bronzen ingangsdeuren nog steeds
dienst. De ornamenten aan het lood van de erker
zijn inmiddels verwijderd, nadat gebleken was
dat het aan veivanging toe was. Het Zeeuwse
wapen aan de gevel is nog intact en de twaalf in
hardsteen uitgevoerde kapitelen zijn ook nog
aanwezig, zij het in een aantal gevallen verstopt
Afb. 1. Piet van Stuivenberg (1901-1988). Foto G, van Soest.