jENOOTSCHAPSVERZAMELINGEN
75
ERA
PERIODE
TIJDVAK
HOLOCEEN
ONDERGRENS
IN MILJ. JAREN
0,01
K
E
KWARTAIR
PLEISTOCEEN
2,3
N
O
T
PLIOCEEN
5,0
z
O
E
R
NEOGEEN
MIOCEEN
25,0
I
c
T
I
OLIGOCEEN
37,0
u
M
A
I
PALEOGEEN
EOCEEN
53,0
R
PALEOCEEN
65,0
stranden aanspoelen, en hunner verspreiding.
Proefschrift Universiteit van Amsterdam, 1937.
3. Voor een verslag van de excursie, zie A.C.
Drinkwaard in Zeemvs Tijdschrift 3 (1966).
Het is niet eenvoudig om gedetailleerd een
ossielenstratigrafie te duiden. Er zijn vele milieu
factoren die elkaar in hoge mate beïnvloeden en
die in korte tijd zodanig kunnen wijzigen dat het
ierna geschetste 'waddenzeeproces' van dertig
miljoen jaar geleden wellicht een hypothese is.
Zelfs het onderzoek naar hedendaagse estuariene
gebieden levert nog grote problemen op.
5. Voordat de groeven bij St.-Niklaas in 1970 wer
den gesloten en onder water werden gezet, werd
uitgebreid onderzoek verricht. Zie onder meer:
D.A.J. Batjes, 'Over het voorkomen van eencelli-
gen (foraminiferen)' (1958); M. van den Bosch,
'Vissen' (1980) en A.W. Janssen, 'Schelpen'
(1980). In: Annalen van de Koninklijke Oudheid
kundige Kring van het Land van Waas.