HET ZEEUWS EIGENE
Blöf zingt niet in de streektaal en het overgrote
deel van hun liedjes heeft op het eerste gezicht
weinig met Zeeland te maken. Slechts in een
paar liedjes wordt Zeeland met name genoemd.
Uit het poëtisch taalgebruik van tekstschrijver Pe
ter Slager rijst geen eenduidig beeld van Zeeland
op. Na het bijna idyllische begin van 'Aan de
kust' ('De zoute zee slaakt een diepe zilte zucht/
Boven het vlakke land trilt stil de warme lucht')
worden andere associaties opgeroepen: alarmfase
twee, mossel feesten, de Duitse taal, de haven van
Vlissingen, de zomer. Is dit het nieuwe Zeeuwse
volkslied? Of verwijst de tekst juist naar de scha
duwkanten van het moderne Zeeland: het over
dadig genieten door toeristen, industriële vervui
ling en illegale praktijken in de haven van
Vlissingen?2' Talrijker zijn in de Blof-teksten de
verwijzingen naar karakteristieken die doorgaans
met Zeeland verbonden worden: zee, water,
lucht, ruimte. Dergelijke beelden roepen associa
ties op met Zeeland. Zo kan via de omweg van
culturele toe-eigening door het publiek toch een
verband worden gelegd tussen Blof en het
Zeeuws eigene.
Een Zeeuwse identiteit
Het ligt de afgelopen tien jaar velen op de lippen
bestorven: de identiteit van Zeeland. Uit het door
het provinciebestuur georganiseerde Zeelandde
bat over de toekomst van de provincie komt het
als een belangrijke conclusie naar voren: Zeeland
moet de eigen identiteit behouden. Maar wat is
nou die Zeeuwse identiteit? Bestaat die eigenlijk
wel? In het voorafgaande hebben we al gezien
hoe divers de gehanteerde beelden zijn.
Opvallend is dat verwijzingen naar een ver
meende volksaard als indicatoren van Zeeuwse
identiteit regelmatig voorkomen. De laatste pro
vinciale cultuurnota maakt gewag van een zeker
eigenzinnig karakter van de Zeeuwse bevolking.25
Anderen melden dat Zeeuwen nuchter zijn, wars
van fratsen en versierselen.26 Volgens deze bron
lijken in Zeeland de dingen bedachtzamer en tra
ger te gaan dan in de rest van Nederland. De ver
wijzingen naar het lage tempo, het achtergeble
ven, ingeslapen karakter van het Zeeuwse
bedrijfsleven zijn van eenzelfde orde. Ook het
vermeende gebrek aan vermogen tot samenwer
ken van Zeeuwen wordt gehekeld. Dit zou bij
voorbeeld de reden zijn waarom het niet lukt om
van Zeeland een golf-eldorado te maken. 'De sa
menwerking om kansen te benutten ontbreekt
echter naar goed Zeeuws gebruik. Ruimte is er
wel maar het voor de hand liggende idee
van golvend Zeeland is nog niet uit de klei ont
sproten.'27 Deze verwijzing naar klei waar het
gaat om karaktereigenschappen van Zeeuwen,
komen we vaker tegen. En clan in negatieve zin.
Dat is opvallend, want vruchtbaarder grond dan
kleigrond is nauwelijks denkbaar. Maar in Zee
land lijkt er juist uit klei niets te groeien. In fi
guurlijke zin wordt telkens een associatie gelegd
met de taaiheid van klei. Een weerbarstig land
schap. en even weerbarstig zijn de oorspronke
lijke bewoners. 'Een voet, gezet in de vette
Zeeuwse klei, trek je daar immers niet zomaar
meer uit.'2K Overigens moet wel gezegd worden,
dat bij het overhevelen van persoonlijke karakter
trekken naar een gemeenschap ook in weten
schappelijke zin vraagtekens geplaatst moeten
worden.
Opvallend vaak wordt voor de identiteit van
Zeeland een verbinding gelegd met waarden uit
het landschap en de natuur. In de eerste plaats
de zee en de strijd van de Zeeuwen tegen het
water, die daarmee onverbrekelijk verbonden is.
De Stichting De Levende Schelde, opgericht in
voorjaar 2001, beroept zich met haar verzet tegen
ontpoldering onder meer op het historisch erf
goed en het 'Zeeuwse gevoel .2" De pzc adopteert
enkele gebieden in de Oosterschelde (het betreft
schorren en slikken), omdat het om 'typisch
Zeeuwse natuurgebieden gaat, waar zee en land
elkaar ontmoeten'.30
In het verlengde van de constante worsteling
met het water worden de sporen die deze strijd
in het landschap heeft achtergelaten - vliedber
gen, welen, schorgeulen, bedijkingen en holles
tellen (verhoogde drinkputten voor vee) - als
typisch Zeeuws gekenschetst. Ook het polder
landschap en de kleigrond keren steeds terug als
elementen van een Zeeuwse identiteit. De stich
ting Het Zeeuwse Gezicht, op zoek naar het ty
pisch Zeeuwse in architectuur, stedenbouw en
landschap, meldt in het kader van de manifestatie
Heilige Huisjes het Zeeuwse gezicht te zien in het
besef van verbondenheid met de natte klei."
Even authentiek als polders zijn in het
Zeeuwse landschap weidsheid, rust en ruimte.
Zeeland is het land van de horizon, van onge
repte vergezichten.
Een tweede belangrijke poot waarop men
meent de identiteit van Zeeland te kunnen stoe
len, wordt gevormd door cultuurhistorische waar
den. Dankbaar wordt gebruik gemaakt van mate
rieel erfgoed, tradities en symbolen die met
Zeeland verbonden zijn: monumenten, oude dor
pen en steden, streekdrachten, dialect en streek-
gewoonten. In de laatste cultuurnota van de pro
vincie Zeeland wordt de culturele identiteit van
Zeeland beschouwd als een optelsom van oud en
nieuw. In dit cultuurbegrip is plaats voor tradities,
folklore en cultuurhistorie, maar ook voor nieuwe
initiatieven op het gebied van muziek, kunst en
architectuur.52
Streekgewoonten (of volksgebruiken) worden
aangezien voor en ingezet als onderdelen van het
Zeeuws eigene. Heel veel dorpen (en steden)