Er zijn onder de graafwespen enkele kustgebonden duinsoorten, waarvoor Zeeland van speciale betekenis is. Aan het formele criterium dat 25°/o van het verspreidingsgebied binnen de provincie ligt, voldoen slechts de sprinkhaandoder Figuur 2. Siberische roodbuikgraafwesp, een soort waarvan naar schatting minstens de helft van de Nederlandse populatie in Zeeland leeft. Het is ook internationaal gezien een zeldzame soort. (Tachysphex fulvitarsis) en de Siberische roodbuikgraafwesp (Mimumesa sibiricana). Andere kustgebonden graafwespen zijn onder meer de harkwesp (Bembix rotrata), die talrijk in de Schouwse duinen voorkomt, de recentelijk nog in Zeeuws-Vlaanderen aangetroffen rupsendoder (Podalonia luffi) en de spieswespen (Oxybelus argentatus en Oxybelus quattuor- decimnotatus). De laatstgenoemde soort wordt aangetroffen in uiteenlopende zilte biotopen als de Yerseke Moer en de Bol op de Hooge Platen. Deze soorten hebben vaak ook internationaal gezien een beperkte verspreiding en zijn daarom extra de moeite waard om in het oog te houden (schriftelijke mededeling van W. Klein). Waarschijnlijk voldoet ook de graafwesp (Mimesa bruxellensis) aan het genoemde 25°/o-criterium, maar gegevens om dit te onderbouwen ontbreken. Bijen en hommels (Apidae) Op het eerste gezicht lijkt het alsof de diergroep bijen en hommels er goed voor staat in Zeeland. Het aantal van 145 verschillende soorten is in geen enkele van de voorgaande perioden bereikt. Deze schijnbare vooruitgang moet echter goeddeels op het conto van het intensieve onderzoek van de laatste jaren geschreven worden. Tabel 2 laat zien dat het aantal soorten op de Rode Lijst niet toegenomen is. Tabel 2. Overzicht bijensoorten in Nederland en in Zeeland en hun voorkomen op de voorlopige Rode Lijst. aantal aantal aantal aantal Nederland Nederland Zeeland Zeeland Rode lijst Rode lijst voor 1950 321 183 73 31 1950-1980 313 175 114 36 1980-1998 283 142 77 13 1998-2002 145 36 totaal 338 194 179 61 In de periode na 1998 zijn 32 bijensoorten voor het eerst in Zeeland aangetroffen. Tien daarvan staan op de voorlopige Rode Lijst. In totaal zijn 34 eerder gevonden soorten na 1998 niet meer in Zeeland waargenomen en daaronder bevinden zich 24 soorten van de Rode Lijst. We zien hier een verschijnsel dat in de Nederlandse natuur alom wordt waargenomen: algemene soorten nemen in aantal toe, terwijl zeldzame soorten steeds zeldzamer worden of zelfs geheel verdwijnen. Van de 338 in Nederland waar genomen bijensoorten zijn er 55 soorten na 1980 niet meer gezien, dat wil zeggen zo'n 16°/o. Van de in totaal 179 soorten uit Zeeland is 19% (34 soorten) niet meer aangetroffen, en dat terwijl de provincie ongetwijfeld intensiever onderzocht is dan ooit. Het overgrote deel van de nieuw aangetroffen soort is te danken aan de grotere intensiteit van het onderzoek. Gevreesd moet worden dat de 34 bijensoorten die na 1998 niet meer zijn gezien, voor het merendeel zijn uitgestorven. Nogal wat bijensoorten blijken in Zeeland relatief veel voor te komen. Van de volgende vijf soorten ligt meer dan een kwart van de bekende uurhokken in Zeeland: grashommel, zwart- sprietwespbij, lathyrusbij, schorzijdebij en Alarmfase 1 voor Zeeuwse bijen en wespen 55

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeland | 2002 | | pagina 17