vliegplaats in Saeftinghe verreweg de grootste
ter wereld. De schorzijdebij nestelt bij voorkeur
op een zandige bodem, maar verzamelt zijn
voedsel voornamelijk op de zulte of zeeaster,
die juist een slibrijke bodem prefereert.
Van nature zal de schorzijdebij het meest
voorkomen in sluftergebieden en op groene
stranden. Dat de voorkeuren niet al te strikt
zijn, is gebleken bij ons onderzoek, want de
schorzijdebij is te vinden op tal van plaatsen
langs de Ooster- en Westersehelde.
Foeragerende mannetjes zijn waargenomen
op uiteenlopende planten als madeliefje
(Bellis perennis), witte honingklaver (Melilotus
officinalis), paardebloem (Taraxacum officinale
sect vulgaria) en lamsoor (Limonium vulgare).
Ook vrouwtjes worden wel op andere bloemen
gezien, zoals bijvoorbeeld de zeeakkermelkdistel
(Sonchus arvensis ssp. maritimus).
De schorviltbij is een nestparasiet van de schor
zijdebij. Zij is voor het eerst beschreven in 1949
als voorkomend in het voormalige natuurgebied
De Beer op Voorne-Putten. Daarop heeft de
wetenschappelijke soortnaam Rozenburgensis
betrekking. Toen De Beer door de vestiging van
industrieën als natuurgebied verloren ging,
is de soort daar verdwenen. In de jaren zeventig
werden alleen nog enkele waarnemingen gedaan
in het Verdronken Land van Saeftinghe.
In mijn bezit is een exemplaar dat in 1978 op
jacobskruiskruid gevangen is door de Belgische
onderzoeker Petit. Later kon de schorviltbij,
ondanks intensief speurwerk, niet meer worden
teruggevonden. In 1998 werd een kleine
populatie ontdekt onder de rook van de
kerncentrale van Borsele, in het sluftertje van
de Kaloot. In 2000 werden in Saeftinghe enkele
exemplaren die hoogstwaarschijnlijk tot deze
soort behoorden, gezien in een kolonie van
tienduizenden schorzijdebijen. De laatste
waarneming werd gedaan op 1 oktober 2002
door Mare Buise. Ook deze waarneming was in
Saeftinghe, in een kolonie schorzijdebijen
langs de gasdam. De schorviltbij behoort tot een
kleine groep uiterst zeldzame bijen die bekend
staan als het Epeolus tarsalis-eomplex. De soort
is in zijn voorkomen wereldwijd beperkt tot de
Zeeuwse schorren. De schorzijdebij heeft
een iets ruimere verspreiding, maar gezien de
internationale verspreiding kan ook deze soort
gerust beschouwd worden als een Zeeuws
paradepaardje, waarvoor wij als Zeeuwse
natuurbescherming grote verantwoordelijkheid
hebben.
Figuur 5.
De schorviltbij; de parasiet van de schorzijdebij komt
wereldwijd niet buiten Zeeland voor. Ook in Zeeland is het
een zeldzame en bedreigde soort.
Alarmfase 1 voor Zeeuwse bijen en wespen 57